83 inheemsche en Chineesche paarden, rij-, trek- of draagpaarden van den trein enz. aan den kwartiermeester van het korps inge diend, die met behulp daarvan bons No: 69 opmaakt en deze indient aan den Brigade Intendant. (2). De verstrekking heeft plaats overeenkomstig de geldende tarieven en tot de hoeveelheden, daarin aangegeven. (3). De bons, voor de behoeften van den eersten dag, wor den c. q. door de kwartiermakers ingediend aan den Brigade Intendant. (4). Voor de overige dagen geschiedt die indiening door de kwartiermeesters op het uur van fourageeren. (5). Alsdan zullen telkens de bons worden ingediend voor de volgende fourageering. (6). Op de bons moeten, c. q. afzonderlijk, worden vermeld de benoodigde hoeveelheden extra thee en brandhout, terwijl de artikelen door officieren, onderluitenants, adjudant-onderofficieren enz. aangevraagd, eveneens afzonderlijk behooren te worden opgebracht, met vermelding van de namen c. q. stamboeknum mers der aanvragers. 9. Vivres enz. mede te voeren door de Cavalerie. (1). Bij de Cavalerie voert de man de vivres en fourages me de, als zijn aangegeven in het voorschrift paardentuig en bepakking. (2). Bovendien worden per eskadron op het pakpaard mede gevoerd de vivres enzvermeld in de order voor de Cavalerie No. 41. (3). Vorenvermelde vivres en fourages, voor eens ontvangen bij het fourageeren op den eersten dag, worden gedurende de manoeuvredagen verbruikt en komen in mindering van hetgeen volgens tarief aankomt. 10. Grasvoorziening voor de Cavalerie. (1). Gedurende de manoeuvredagen wordt door de Legerca- valerie en de zelfstandig optredende Brigade Cavalerie, buiten tusschenkomst van de Intendance, voor fourage gezorgd.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1917 | | pagina 87