91 ger kunnen vertrekken dan in den morgen volgende op den laatsten manoeuvredag werd gedurende den nacht beladen en den 29sten vertrokken de overige troepen (O. Java). De Malangtrein over nachtte te Solo, de Soerabajatrein te Djokja; den volgenden dag had doorvoer naar Malang en Soerabaja plaats. Voor den terugvoer van de 4 Brigades, de legercavalerie en de verschillende detachementen werd aan materieel in de militaire treinen gebruikt: 8 Dr 7 ABr 1 BCr 77 Cr 159 V of H 54 P 14 Z 22 G., buiten en behalve het materieel gebezigd ter ver sterking van gemengde treinen. Bij de heenreis waren in de militaire treinen gebezigd: 6 Dr. 9 ABr. 79 Cr. 1 BC. 129 V of H 8 T 82 P. 16 G. F. DE VERPLEGING. I. Voorbereiding. In de maand Mei 1917 werden door den bij de leiding inge- deelden hoofdofficier der Intendance en een kapitein van den Ge- neralen Staf, en in de maand Augustus d. a. v. door bedoelden hoofdofficier, den divisie-intendant bij de blauwe partij en den brigade-intendant verkenningen gehouden van het manoeuvre terrein. II. Wijze van verpleging. De verpleging van alle troepen geschiedde van af het vertrek uit het garnizoen zooveel mogelijk als in oorlogstijd. De verplegingstrein was echter bij de 1ste, 3de en 4de Brigade, zoomede bij het detachement Djatibarang der roode partij, ver ondersteld. De dagelijksche aanvulling van den bagagetrein had recht streeks plaats met behulp van ingedeelde vleesch- en vrachtauto's. Bij de roode partij was Cheribon als operatiebasis aangenomen; bij de blauwe partij geschiedde de aanvoer van het benoodigde eerst van Tjiamis (3de Brigade) en Bandjar (2e Brigade) en ver volgens van Koeningan.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1918 | | pagina 101