10
Om 6.50 v. stootte de otficierspatr. Kawali nabij paal 7 op 2
sectiën vijand. Int., welke a cheval van den weg hadden stelling
genomen.
Door het gros werd bij paal 7 Oostwaarts afgeslagen, bij paal
9 weder op den grooten weg teruggekeerd en vervolgens voor
:s vijands stelling bij pl. 11 wederom uitgeweken.
Om 12.18 n. ontving de Commandant van de le Brigade het
bericht, dat op den weg Cheribon Lemahabang Poetat geen
vijand was ontmoet.
Tjilimoes werd 12.45 n. door het gros van de Cav. onbezet be
vonden; een Treinafd. van Inf. XXI werd ter hoogte van paal 14
bemachtigd.
Ook te Koeningan bevond zich geen vijand, alleen werd een te
Windoehadji aanwezige brigade Mar. om 3.45 n. overvallen.
Onder achterlating van een luisterpost te Koeningan, betrok de
Cav. te Boeboelak 2 nachtkwartier met het voornemen den 21 sten
verder op te rukken richting Kadoegede Tjikidjing.
Van de otficierspatr. Rantjah werd 9.10 n. te Boeboelak 2 bericht
ontvangen, dat zij over Sindangbarang, Tjiporang en Lengkong,
Pakembangan had bereikt zonder vijandelijke afdeelingen te heb
ben waargenomen.
De patr. richting Pandjaloe bereikte den 20sten kampong Tjo-
lom 2, zonder aanraking met den vijand te hebben gehad.
Van de otficierspatr. Kawali werd geen nader bericht ontvangen.
Tenslotte werden dien dag door den Brigadecommandant van
het verkenningsdetachement de rapporten ontvangen betreffende
de verkenning van de in bevel No. 1 (Bijlage V) genoemde wegen
op begaanbaarheid voor Veldart.
Verrichtingen van de le Brigade.
Ten einde de te Mandirantjan en Tjilimoes aanwezige vijande
lijke afdeelingen, hoogstens sterk 2 bataljons Inf., w. o. Mar., v. z. m.
naar het Z. te verjagen, werd in breed front (in 3 colonnes) op
gerukt (zie Bijlage IV).
a. Verrichtingen van de R. Colonne.
Na om 7 v. met het hoofd van de hoofdmacht te zijn afgemar
cheerd van paal 6 op den weg Plered Soember, ontving de
