17
Op bericht van den commandant der sectie (12.35 n.), welke
naar Soemakeling was gezonden, dat deze kampong door roode
troepen (meer dan 1 compagnie) was bezet en hij in N. richting
terugtrok (later bleek dit bedoeld in Z. richting), werd besloten
in Z. O. richting terug te wijken.
Terzelfdertijd berichtte de motorrijder, dat Pakembangan door
Rood bezet was.
Ten einde den terugtocht te dekken, nam de reserve een op
namestelling in op de hoogte N. W. van Paksilaoer en werden 3
sectiën met geweermitrs. in stelling gebracht in den W. en N. W.
rand van Samporak.
Door het sterke opdringen van den vijand, veroorzaakt door
het te spoedig terugtrekken der afdeelingen uit Soemakeling, ge
schiedde deze terugtocht met veel moeite.
In den N. rand van Paksilaoer werd de troep verzameld, werd
o. a. de 2e compagnie aangetrokken, en vervolgens over Tim-
bang 1 Djapara naar Djalaksana gemarcheerd (aankomst
5.30 n.).
Om dezen afmarsch te dekken, werd eene afdeeling in de rich
ting van Tjilimoes gezonden met opdracht tijdelijk een stelling
schrijlings op den weg Tjilimoes Paksilaoer in te nemen. Deze
afdeeling kwam in een kort vuurgevecht met roode troepen.
Een sectie Int., welke N. O. van Kaliaren was geplaatst, had
zich bij haar terugtocht naar Djalaksana om 2 n. meester weten
te maken van den B. T. van Inf. XVI, welke in richting Tjilimoes
marcheerde.
Ten 9 n. was het geheele bataljon weer vereenigd. Voor het
legeringsbevel zie Bijlage XVIII.
6 n. werd van de gebeurtenissen per motorrijder bericht ge
zonden aan den commandant der 3e Brigade, de voornemens
voor den volgenden dag medegedeeld en verzocht het bericht door
te zenden naar den Divisiecommandant en den commandant der
2e Brigade.
6.15 n. werd bericht ontvangen van de aankomst te Kadoegede
van ritmeester Dinger als berichtofficier van den commandant
der 3e Brigade. 6.25 n. werd deze berichtofficier op de hoogte
gebracht van den toestand.
8.15 n. werd den commandant der brigade Mar. te Koeningan,
)nd. milt. Tijdschrift 2.