19 gepasseerd was. Daarna trokkpn de brigades terug naar Tjikan- tjas en namen vandaar 's vijands linkervleugel, die in gevecht was met Inf. XXI, onder flankvuur. Nadat dit bataljon teruggetrokken was, gingen de Mar. brigades eveneens terug en betrokken bivak te Windoedjaja. Op 20 September werd door den Divisiecommandant van den commandant der 3de Brigade om 11.35 n. bericht ontvangen, dat zijn verkennende Cav. om 2.45 n. bij pi. 28 op weg Tjiki djing Kadoegede voeling had gekregen met 1 peloton roode Cav., welke keert maakte en bij pl. 27 in Z. O. richting uitweek. Op dien dag gebeurde er verder bij de 3e Brigade niet veel bijzonders. Een verkenning van den weg Tjinjasaq naar Djagara bracht aan het licht, dat die weg, voor wat het gedeelte Tjin jasaq Tjager betrof, ongeschikt was voor voertuigen. (Zie overzichtskaart). De 3e Brigade overnachtte van 20 op 21 September te Kawali met afsluiting van de wegen naar Tjikidjing, Pandjaloe, Tjiamis en Radjadesa. De 2e Brigade had op 20 September om 12.40 n. het detache ment Visscher laten afmarcheeren naar Tjibeurih, alwaar met 1 comp. op voorposten het bivak werd betrokken. De Tel. Afd. verbond Bandjar met Tjibeurih, waarbij grootendeels van parti culiere verbindingen werd gebruik gemaakt. De opstelling der roode en blauwe troepen in den -namiddag van 20 September is aangegeven in Bijlage XIX. In den avond van dien dag deed de leiding den commandant der blauwe partij het bericht toekomen, dat in den ochtend van 20 September een belangrijke roode troepenmacht van Cheribon in Westelijke richting was opgerukt en de voorste afdeelingen de lijn Soetawangi Tjikoening hadden bereikt. 21 September. I. Rood. a. Verrichtingen van het verkenningsdetachement. Het gros van het verkenningsdetachement marcheerde 6.30 v. van Boeb'oelak 2 (O. van Koeningan) af, richting Tjikidjing naar

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1918 | | pagina 29