35
XVI, tot vuren gereed. Bedoelde /2 compagnie had eerst om
r± 10.30 v. ]/2 pel. Cav. met geweermitrs. uit Tjipanas moeten
verdrijven.
Voor de opstelling van de le Brigade, omstreeks 12 's middags
zie schetskaart No. 1.
Om 12.15 n. opende laatstbedoelde Art. het vuur op vijand. Int.,
die uit de richting van den ongenoemden kampong N. van Segok
en Tjiherang in O. richting aanvallend voorwaarts ging; later
vuurde zij op vijand. Int. nabij Djirat en op de Westelijke helling
van den heuvel tusschen Djirat en Tjipondok.
Om 12.50 n. werd dit vuur gestaakt, toen de vijand doormar
cheerde, evengenoemden heuvel bezette en de eigen Inf. terugging.
De sectie trok terug over Tjigoegoer.
Om 1.8 n. werd van Inf. 4 XI uit Djirat een om 12.35 n. ver
zonden bericht ontvangen, dat deze compagnie moest terugtrek
ken en voornemens was den W. rand van Koeningan W. te be
zetten.
Ongeveer tegelijkertijd kwam het mondeling bericht van Comdt.
Inf. 2 XI, dat de vijand hem overmachtig aangreep en hij spoedig
zou moeten wijken.
Om 1 n. werd van -ó- 543 (L. vleugel) het bericht ontvangen,
dat vandaar om 11 v. was waargenomen een vijandelijke colonne,
sterk 2 bataljons Inf. met Mitrs., 1 esk. Cav. en Bergart., mar-
cheerende van Tjiniroe over Tjiroekem naar -6- 543.
Op laatstgenoemd tijdstip deboucheerde deze colonne uit den
W. rand van Tjiroekem, terwijl het esk. vijandelijke Cav. over
Pakembangan marcheerde.
Dit bericht gaf den Brigadecommandant aanleiding te besluiten
tot den terugtocht op, Djalaksana.
Eerst nadat daartoe de eerste bevelen waren gegeven, werd
hem de ongunstige toestand op den R. vleugel bekend.
Aan den B. T. te Koeningan werd gelast om met de toege
voegde dekking af te marcheeren naar Djalaksana, terwijl te voren
om 12.45 n. aan het in Koeningan achtergebleven stuk Veldart.
reeds bevel was gegeven zich te verplaatsen naar paal 23.
Om 1.5 n. werd aan commandant Inf. XII opgedragen terug te
trekken naar den Z. rand van Koeningan, terwijl den commandant