65 ontvangen, dat aan Inf. XXI, opgesteld in Tjirandang, om 11 v. bevolen was om te marcheeren naar -ó- 520 in Djalaksana, vandaar in W. richting over-ó-583 om zich ter beschikking te stellen van den commandant der L. colonne, c.q. den opmarsch van die colonne onmiddellijk krachtdadig te steunen. Na den commandant van Inf. II opgedragen te hebben zijn ba taljon te verzamelen en achter de Art. in de marschcolonne aan te sluiten op het pad naar Padjambon, begaf de Brigadecomman dant zich naar dezen kampong, waar de beide divisiën Mar. rus tende werden aangetroffen van hunne vervolging van den uit Pa- loetoengan terugtrekkenden vijand (zie hiervoor). Zoodra de beide batterijen te Padjambon waren opgesloten, werd 12.30 n. met de Mar. in de voorhoede de marscli naar Som- bawa aangevangen. Inf. II, dat de beweging volgde, was kort daar na opgesloten. Na eenig ononthoud ondervonden te hebben van enkele vijande lijke patrouilles in front, werd 1.15 n. het snijpunt van voetpad en paardenpad ten W. van -ó- 583 bereikt, alwaar de Divisiecomman dant zich bij de L.colonne voegde. Inmiddels had Inf. XXI het Mahomedaansche kerkhof ten W. van dat hoogtepunt bereikt en nam het 1.25 n. zijn plaats in de co lonne achter Inf. 11 in. In den W. rand van Djalaksa had het 2 sectiën vijand. Inf. buiten gevecht gesteld. Verder naar het N. oprukkende, werden bij den driesprong 200 M. ten N. van de B van Bandorasa Wetan eenige schoten uit O richting ontvangen; eene vermoedelijk afgesneden zwakke vijande lijke afdeeling werd aldaar door de Mar. verdreven. De Divisiecommandant gaf nu den last de Art. der L. colonne onder dekking van eenige Inf. de vereischte voorbereidingen te doen treffen om zoo noodig een verder doordringen in N. richting van de R. colonne te kunnen ondersteunen en een mogelijk oprukken van versterkingen uit Mandirantjan tegen te kunnen gaan. Daartoe werd den commandant van Inf. II opgedragen de kam pongs Ragasakti, Tjitangsi en Bodjong 2 elk door 2 sectiën Inf. te doen bezetten, terwijl de A. C. stellingen deed verkennen. Aan den Divisiecommandant werd bericht (3.40 n.), dat aan de opdracht was voldaan, waarop mededeeling werd ontvangen, dat Ind. Milt. Tijdschrift. 5

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1918 | | pagina 75