77
mandant het bevel voor den opmarsch op den volgenden dag uit
gegeven (Bijlage XLIX).
Naar aanleiding van dit bevel werden door den commandant
der 3de Brigade de troepen ingedeeld als volgt:
1. Voorhoede, (comdt. Majoor Halkema) Inf. /2 XIII, M. 3,
C. J/2 R. H. 4 (min 2 ordonnansen bij Ritm. Dinger, berichtoff.
bij de middencol.)
Afstand 1500 M.
2. Hoofdmacht (comdt. Brigadecomdt.).
Marschorde: Inf. /2 XIII, A. 16e Comp., Inf. VIII, Tef. Afd.
V. S. en Autobatt.
De commandant der 2de Brigade bepaalde, dat de midden
colonne zou samengesteld zijn en afmarcheeren als volgt:
1. Voorhoede, (commandant Majoor Lutz).
Inf. XXI, sectie M., Lijfwacht Cav., sectie G., marcheeren
te 5.30 v. af van driesprong 100 M. N. van hoogtepunt 560 in
Linggardjati en volgen den weg Tjitangsi-Kaliaren Sile-
boe -Soenrakeling.
2. Hoofdmacht, (commandant Luitenant-Kolonel v. d. Siepkamp).
Marschorde: Inf. II, M. 2 (min 1 sectie), A. 1. Bg., Inf. VII en
V. S. Om 6 v. voor afmarsch gereed met hoofd aan genoemden
driesprong en volgt denzelfden weg.
Reeds spoedig na den afmarsch werd door de voorhoede van
de R. colonne aanraking gekregen met den vijand en wel ter hoog
te van paal 11 op den grooten weg naar Cheribon. Aan een com
pagnie van Inf. XIII werd de mondelinge opdracht gegeven om als
rechterflankdekking den weg te volgen van pl. 12 over Sindang-
kasih, Tjikantjas en Salam. Al spoedig moest de voorhoede ont
wikkeld en versterkt worden, waartoe de nog bij de hoofdmacht
marcheerde compagnie van Inf. XIII werd aangetrokken en een
compagnie van Inf. VIII vóór de Art. kwam te marcheeren.
Bovendien werd de rechterflankdekking met een compagnie van
Inf. VIII versterkt. Om 7.50 v. werd de autotractie-batterij in stel
ling gebracht 500 M. ten O. van O. rand Tjikantjas 2 tot steun
van den opmarsch van het voorhoede-bataljon, terwijl om 8.12 v.
den commandant dier batterij bericht kon worden omtrent de op
stelling van een vijand, batterij in den kampongrand onmiddellijk
N. van paal 10, welk bericht kort daarop echter werd gevolgd