16 voldoend aantal punten wordt gevonden van waar het terrein kan worden ingezien. Wordt aan dezen eisch niet voldaan dan laat de methode ons in den steek en jammer genoeg is dit maar al te vaak het geval. Het ligt daarom voor de hand te trachten het gezichtsveld van de camera te verruimen door de opname van bovenaf, van uit de lucht te doen plaats hebben. Dit denk beeld, dat reeds van ongeveer 60 jaren geleden dateert, heeft men op verschillende wijze getracht te verwezenlijken. Interes sant, vooral uit een geschiedkundig oogpunt, zijn b.v. de proeven van een paar Oostenrijkers, nl Hauptmann SCHE1MPFLUG en Ingenieur KAMMERER. Daarbij werd gebruik gemaakt van een achtvoudige camera, waarvan één in het midden, bestemd om met loodrecht naar beneden gerichte as te fotografeeren, en 7 andere, daaromheen en met de eerste vast verbonden, waarvan de as onder een hoek van 45° naar beneden wees. Een groot voordeel was daarbij, dat met een enkele opname een groote terreinoppervlakte in beeld wordt gebracht, nl. een cirkel met een middellijn nagenoeg gelijk aan 5 maal de vlieghoogte. Voor een schaal van 1 25.000 werd een vlieghoogte van 2250 Af. aangenomen, hetgeen dus overeenkwam met een beeldoppervlak van ongeveer 100 K. M2. In vlak terrein kan worden volstaan met het doen van een opname om de 7'/2 K. M. Het zou mij te ver voeren, als ik U een ook maar eenigszins volledige opsomming zou willen geven van de verschillende systemen, die, vooral in Duitschland, zijn beproefd of uitgedacht. Liever wil ik trachten U te schetsen, welke aanvankelijk onop losbaar gedachte problemen bij de terreinopneming uit de lucht moesten worden bestudeerd. Geheel anders dan bij de terres- trische fotogrammetiie, waar met enkele eenvoudige berekeningen kan worden volstaan en desnoods de bewerking geheel automa tisch en grafisch kan geschieden, hebben we hier rekening te houden met een groot aantal onbekenden. De azimutale richting en de helling van de optische as op het oogenblik van de opname zijn niet bekend, omdat het niet mogelijk is in een zich bewegend vliegtuig die hoeken met voldoende nauwkeurigheid af te lezen niveau, schietlood en kompas laten ons in den steek. Bovendien kan men niet voorkomen, dat de camera tijdens de opname zijdelings, d. w. z. om de optische as, wordt gedraaid. En wat het belangrijkste is, de coördinaten van het punt, vanwaar de foto genomen wordt, zijn geheel onbekend. Ziedaar dus tal van

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1921 | | pagina 20