Terwijl men in Engeland1) zicli verheugde op de voorspelling van Kitchener, dat Constantinopel in September bezet zou zijn, begon op 6 Au gustus des nam. om 3.50 na een heftig bombardement de vergeefsche aanval door twee brigades van de 29e Divisie, tegen een front van 1200 yards, op den rechter vleugel der Engelschen. Het resultaat der artillerie beschieting was gering geweest, daar de loopgraven te dicht bijeen lagen (20 M. soms), zoodat men zich tevreden moest stellen met een spervuur achter de loopgraven, dat weinig uitwerkte. De aanvallers werden afgeslagen. (Dien dag ontvingen de Franschen couranten, die wisten te berichten, dat de Turken waren „démunis de munitions"). Aan de Engelschen gelukte het bij den tweeden aanval een deel der voorste loopgraven te nemen. Doch de 42e divisie, die de flanken der hoofdaanval moest dekken leed zware verliezen. Een tijdlang gingen de voorste loopgraven van de eene hand in de andere over en tegen den avond wierp een Turksche tegenaanval alle Engelschen in hun oude stellingen terug. Den volgenden morgen echter werden de Turksche aanvallen op de Engelsche stellingen evenzeer afge slagen. De strijd duurde zoo tot 5 dagen toe. Toen verminderde het vuur in hevigheid en keerde een betrekkelijke kalmte terug over de oorspronkelijke linies. Op 8 Augustus nam generaal Davis het commando over van generaal Douglas, die zijn vorig beveï over de 42e Div. terugkreeg. XXII. DE GEBEURTENISSEN OP HET ANZAC-FRONT NA JULI. De troepen van den generaal Birdwood waren versterkt met de 13e Divisie, de 29e Brigade van de 10e Divisie en de 29e Indische Brigade. Deze waren in de nachten van 4, 5 en 6 Augustus in all stilte ontscheept en vervolgens tegen vliegerwaarneming verborgen in de door de „Dominion- troops" gegraven onderkomens, een onderneming, die veel en zorgvuldige voorbereiding noodig had gemaakt. In totaal beschikte de generaal Birdwood nu over 37000 geweren en 72 vuurmonden, benevens de ondersteuning van 2 kruisers2), 4 monitors en 2 jagers. Deze macht werd in twee hoofddeelen gesplitst. Voor de bezetting van de oude stellingen en het maken van fron tale stooten van daar uit, werden aangewezen de Australische Divisie met de le en 3e Light Horse Brigades (te voet) en 2 bataljons van de 40e Brigade. De New Zealand and Australian Division (verminderd met de le en 3e Light Horse Brigades), benevens de 13e Divisie (min 5 bataljons), de 29e Indian Infanterie Brigade en de Indian Mountain Artillery Brigade hadden tot taak een aanval te doen op den Chanak Bair, gelijk Hamilton opgeeft. Beter ware het te spreken van een aanval op het Sari Bair complex. Ook de hier door hen opgegeven troepenindeeling blijkt onvolledig. (Zie beneden). In reserve bleven de 29e Brigade (min één bataljon) en de 38e brigade.3) Nadat den 4en, 5en en 6en Augustus de Turksche stellingen door de artillerie waren beschoten, begon de Australische rechter vleugel in den middag van den 6en een aanval met 2000 man tegen den zwaar versterkten bergrug Lone Pine. Deze naam was gegeven aan een gedeelte der Turksche stellingen, waar een alleen staande pijnboom de plaats aangaf, waar een ge- 1) Men rekende ook in Constantinopel op het stellig succes der nieuwe landing. In de hoofdstraten werden reeds vensters verhuurd om de Engelschen te zien binnen trekken, zooals de adjudant van de militaire missie aan L.v. 8. berichtte. „Bestel voor mjj ook een venster." luidde diens antwoord. Medio November '18 zou de Maarschalk genoopt zjjn den intocht der Ge allieerden in Constantinopel bjj te wonen, om den 19en van die maand naar Malta vervoerd te worden, waar de Engelschen hem tot 21 Augustus '19 aan hielden. 2) Hun aanwezigheid schijnt dus in overeenstemming te zjjn met de klacht van L. v. S. over de geringe uitwerking der duikbooten. 3) Deze opgave is ontleend aan Hamilton's Final Despatch en geeft een te kort van 1 bataljon van de 13e Divisie. Min. 5 zou min 6 moeten zjjn of er waren 3 instede van 2 bataljons v. d. 40e Brigade in de stellingen. Waar dat bataljon was en waar dat eene bataljon van de 29e Br. was is even raadselachtig als het nut van die eigenaardige indeelingen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Indische Militair Tijdschrift - Extra Bijlagen | 1922 | | pagina 75