AANHANGSEL.
Van een oud-bataljonscommandant ontvingen we een sprekend
voorbeeld van goede ongehoorzaamheid uit de Indische krijgs
geschiedenis. Het betreft een voorval uit de Boni-expeditie, dat we
hieronder gaarne opnemen.
Red. I.M.T.
De expeditionnaire troepenmacht was, na de mislukte landing
te Patiro, naar haar oorspronkelijke basis, de reede van Badjoa,
teruggekeerd, om de tweede landing aldaar te ondernemen.
In den vooravond van den 27en Juli 1905 vereenigde de 2e
bevelhebber, commandant van het landingséchelon, de kolonel der
cavalerie Jhr. L. D. C. de Lannoy de commandanten der korpsen,
die aan de landing zouden deelnemen op den 28en Juli 1905.
De commandant van het Bataljon Infanterie ontving
de volgende opdracht„Er zal geland worden bij den Oostrand
van Kampong Bena. De le, 2e en 3e Compagnie van het
Bataljon Infanterie (onder bevel van den Majoor der Infanterie...),
die den linkervleugel zullen vormen van de landingslinie, zullen
bij den eersten aanloop, na de bestorming der str andver sterking en
niet verder voortrukken dan den buitenrand van Zuid- en Zuid-
West-Bena".
Omstreeks 9 uur 30 v.m. op den 28en Juli 1905 was die stelling
door den Commandant van het Bataljon Inf. ingenomen.
Bedoelde Commandant is thans aan het woord„Plotseling
ontwaarde ik drommen vijanden ik schatte ze op meerdere
honderdtallen aangevoerd door lieden te paard, die zich bewo
gen van uit het Zuiden naar mijn stelling.
De Commandant van de le Compagnie, die in mijn onmiddellijke
nabijheid stond, deelde ik die ontdekking mede.
Waarom werd ik ongehoorzaamwaarom week ik af van het
mij gegeven bevel
Zooiets geschiedt impulsief (aandrift, drang, maar vooral wan
neer men uit de school van Generaal van Heutsz de ondervinding
heeft opgedaan de eerste klap is een daalder waard)
De tijd tot nadenken is in dergelijke oogenblikken in den regel
kort toegemeten
„In den opmarsch van den vijand zag ik een ernstige bedrei
ging van het landingsfront, terwijl het bezit van den kampong
Lonrae, gelegen op 400 m. ten Zuiden van mijn stelling, den
32