vijand in staat zou stellen het landingsfront uit zuidelijke richting
te blijven bedreigen, waarom ik dan ook begreep, in afw'ijking
van het mij gegeven bevel, het initiatief tot den tegenaanval te
moeten nemen, met het gevolg dat eenige oogenblikken later in
een gevecht van man tegen man op het blanke wapen met een
inzet van 2xk Compagnie, de kampong Lonrae in mijn bezit was,
de vijand een vierhonderd-tal gesneuvelden op het gevechtsveld
achterliet en de rest van het zoogenaamde Bonische leger in een
overhaaste vlucht naar Watamponé aftrok.
Van het voorgevallene zond ik bericht naar den commandant
van het landingséchelon. Kort daarop hoorde ik het signaal
„Commandant van het Bataljon." Mij daarheen bege
vende, trof ik den len Bevelhebber, Kolonel van Loenen aan,
op een verhoogd terrein staande voor een staf van officieren van
de Zee- en Landmacht en ik, in de verwachting een pluim op mijn
hoed te kunnen zetten, kreeg een schrobbeeringomdat
ik van het bevel was afgeweken, maar ik vond een meelegger in
den Kolonel de Lannoy, die, nadat de Kolonel van Loenen mij
gezegd had „Gaat U maar naar Uw plaats terug", waarschijnlijk
ziende (hij, de Lannoy) in welken verslagen toestand ik mij ver
wijderde, mij overluid nariep: „Jan! houd er den moed maar in, als
ik dezen morgen in je schoenen had gestaan, had ik het precies
zooals jij gedaan
's Middags ontmoette ik in het bivak andermaal den Kol. van
Loenen, die mij aansprekende, zeide: „Ik wil het nog eens over
die gebeurtenis hebben. Je hebt een hoog spel gespeeld, maar ik
wil je toch ook niet onthouden mede te deelen dat ik niet
ontevreden over je ben", maar de schrobbeering van dien ochtend
was daarmede toch niet geheel goed gemaakt.
En nu de keerzijde van de medalje. De le Bevelhebber, waar
schijnlijk toch ook het door mij behaalde succes inziende, want
Boni was feitelijk door den toegebrachten klap onder de knie
gebracht, had de handen vrij gekregen, kon zijn programma ver
der afwerken, liet mij met drie compagnieën te Watamponé ach
ter, ging zelf verder Noordwaarts op en nu volgde mijn rehabili
tatie. Primo, door een schitterende installatie op de Aloon2 te
Watamponé door den Gouverneur Kroeze in de functie van civiel-
gezaghebber van Boni. Secundo door de mij later toegewezen
eervolle vermelding onder de mutatie„De sedert tot Luitenant-
„Kolonel bevorderde Majoor der Infanterie op 28 Juli 1905
„bij de landing bij Kampong Bena (Boni) een loffelijk initiatief
„te toonen door in afwijking van een ontvangen bevel den vijand
„toen deze ten aanval oprukte, doortastend tegemoet te gaan en
„hem krachtig terug te werpen."
Ziedaar, in algemeenen zin, de ups en downs van de officiers
loopbaan.
33