127
Is het recht van een weldaad of een vloek
Toor het leger? Open brief. 1882 II V. blz. 305.
Tot welke autoriteit zal een gearres
teerde of gestrafte, die over zijn arrest of
straf zich bezwaard acht en daarover zijne
klachten, alvorens zich tot den krijgsraad te
richten, bij den chef van den strafoplegger
wenscht in te brengen, zich moeten wenden,
ingeval de straf, waarover hij reclameert,
is opgelegd door den commandant van het
leger- 1883 I 318.
Eecht van verdediging van den recla
mant. Provocatie. Onderscheid tusschen on
gepastheid en oneerbiedigheid. Bewijs in za-
ken- 1883 I 439.
Het proces in zaken. 1883 I 469,629.
Ben vraag van—, (art. 3 Stbl. 1874 No. 28). 1899 I 264.
(Stbl. 1874 No. 28). 1899 II 966.
Een verbetering in de regeling van het
reollt- 1900 I 21.
Reconvalescenten.
Bezigheid voor de in de Indische hospi-
talen- 1900 I 360.
Eecruut.
De (Een schets, overgenomen uit het
bekende werk van Edmond de Amicis „Het
krijgsmansleven in Italië".) 1875 B. 269.
Het theoretisch onderricht van den bij
de infanterie in vragen en antwoorden; door
P. J. Brandenburg. 1894 I B. 551.
Het theoretisch onderricht van den bij de
infanterie. In vragen en antwoorden. Hand
leiding voor onderofficieren en korporaals bij
het houden van theoriëndoor P. J. Branden
burg, kapitein der infanterie. 1898 I B. 465.
Vraagstukken van den dag: de africhting
van den bij het depotbataljon. 1901 I 123.
Recruteering.
Een en ander omtrent de van het Indisch
leger- 1884 II 455.