26
De vermindering van de Nederlandsch-Indi-
sche (Overdruk uit den Mil. Speet, van
1880) door F. de Bas. Kapt. v/d Gen. Staf. 1881 I
B.
blz.
653.
Idem idem (Overdruk uit den Ind. Gids van
1881) door d. N.
1881 I
B.
V
655.
"Wijziging van de voorschriften en reglemen
ten der
1882 I
r
702.
Een en ander over de Indische
1887 I
•n
578.
1887 II
V
29.
Ongeregelde
1887 I
Y.
n
193.
Naar aanleiding van het artikel: „Een en
ander over de Indische
1887 II
7)
172.
De Indische ruiterij.
1887 II
7)
565.
Oefening der
1889 I
D
30.
Indische
1895 II
•n
240-,
Iets over
1895 II
7)
453.
Het schieten der
1896 I
n
53.
J's opstel: „Iets over vervat in afl. 12
van het I. M. T. 1895 aan critiek onderworpen.
1896 I
D
150.
Ook iets overantwoord aan J.
1896 I
V
297.
Nog iets over
1896 I
n
375.
De gevolgen van het gebrek aan bij de
Italianen gedurende den veldtocht in Ahessynie. 1897 II
Y.
V
986.
Elitemanschappen bij de Italiaansche
1898 II
Y.
V
567.
Een vergelijkende reglementenstudie, ge-
1902 I
n
544.
toetst aan de practijk. j
1902 II
11,92..
Cavalerieorder.
Twee zeer ongunstige bepalingen voor de
cavalerieofficieren.
1883 I
Y.
7)
102.
Cavaleriepaard.
De behandeling van het in Indië.
1882 I
n
461.
Beschouwingen over het artikel„De behan
deling van het in Indië."
1882 II
V
29.
Cavalerietactiek.
Bol en tactiek der ruiterij. (Uittreksel uit de
Taktisehe Folgerungen von A. von Boguslawski.) 1873
V
592.
De cavalerie in het Edische in de jaren
1889—1891.
1894 I
7)
24.
De cavalerie voor Kota Toeankoe op den 26en
Juli 1889.
1894 I
V
306,