61 dienst verrichtende van een korporaal. Personen tegen wie kan worden gepleegd? 1894 I blz. 539. Militaire rechtspraak; art. 99 en 100 C.W. 1894 II V. 901. Is het treffen en aanraken van den superieur een bepaald vereischte voor het daarstellen van feitelijke 1894 II 410. De bedoeling van den wetgever met be-( 1895 I 251. trekking tot art. 100 van het Crimineel Wetboek. 1895 II 440. Inteekengelden. De ontwikkeling der Indische officieren en de comptabiliteit. (Inning van door de mi litaire administratie.) 1884 II Y. 316. Intendance. De opleiding van officieren voor de bij het Indische leger. 1880 II 545.. De opleiding van officieren voor de bij het Indische leger. 1890 I 122.. Generale staf en 1891 II 222. Intendance-cursus. Landbouwkundig onderwijs aan officieren van den 1890 I V. 269. Intendanten. Iets over de opleiding en den werkkring onzernaar aanleiding van de A. O.No. 47 van 1894. 1895 I 288. Reorganisatie van het korps Indische 1897 II 642. Internationale Revue. fiber die gesammten Armeen und Flotten. Herausgegeben von Ferd. v. Witzleben-Wen- delstein. 1883 I B. 650. Inwendige dienst. Het reglement op den der infanterie van het Nederlandsch-Indische leger. 1882 II 131. Nalezing op Mati Panari's artikel: Het re glement op den der infanterie van het Ne- derlandsch-Indische leger. 1882 II 362. Waar blijft toch het voorschrift betreffende den en de politie bij onze hospitalen 1882 II Y. 393.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Stelselmatig Geordende Inhoudsopgave van het Ind. Militair Tijdschrift | 1903 | | pagina 65