72
1873
275.
1873
477, 584.
1874
Y.
640.
1876
V.
185, 283,
621.
1877 I
Y.
114.
1877 II
V.
363.
1873
B.
blz.
607.
1874
Y.
77.
1874
Y.
91.
1874
217.
1874
V.
291.
1874
Y.
294.
1874
Y.
313.
KR IJ GSGE SC Hl EDENIS.
Europa.
Een en ander over het beleg van Parijs.
Beoordeeling van de drie volgende werken:
le La marine au siége de Paris, par le vice-
amiral de la Roncière de Noury.
2e Campagne de 187071, siége de Paris,
opérations du 13e corps et de la 3e armee,
par le général Yinoy.
3e La province au siége de Paris, garde
mobile du Tarn, par Ed. Fuzier-Hermann,
lieutenant au regiment. 1872 B.blz. 604.
Over de ziekten gedurende de belegering
van Metz en Parijs. 1873 111.
Nog iets over het beleg van Parijs. 1873 169.
De zedelijke toestand van het fransche leger
onder bet tweede keizerrijk. 1873 200.
Eere, wien eere toekomt. Bespreking van
het in den Militairen Spectator 1872 No. 5
voorkomende artikel: „Overdrijving in de
oordeelvellingen over den jongsten oorlog
(1870-71) en oppervlakkigheid in sommige ran
gen van ons leger."
Duitsche officiëele geschiedenis van den
jongsten oorlog 1870/71.
Metz Sedan.
Een nieuw werk van den kolonel Lecomte.
De Kurassiers van Reichshofen.
Parijs en Trochu.
Het gevecht om het kasteel van den Geissberg.
De generaal Uhrich.
Een werk over het eerste beleg van Parijs.
(Travaux d'investissement, exécutés par les
armées allemandes autour de Paris).
Meening van een burger over de verdedi
ging van Parijs. (Ylugschrift van de hand
van den Rus Wyrouboff). 1874 B. 360.
V
V
V
V
V
y>
•n
V
V
V
V
V