77
KRIJGSGESCHIEDENIS.
Ned.-Indië. (Atjïh.)
genie yan het Ned.-Ind. leger. 1883 II B. blz. 494,
De expeditie naar Samalangan in 1877. 1884 I 125,
De Samalarfgan schilderij te Amsterdam, be
schouwd in hare wordingsgeschiedenis, hare
waarde en beteekenis, yooral yoor het Ned.-
Ind. leger. 1884 I 177.
De quaestie in het Indisch Genootschap. 1884 I 219.
Eëne rectificatie. (Op het werkvan 26
Dec. 1875 tot 4 Sept. 1876. De offensieve
handelingen der guerilla.) 1884 I 370.
Eene kritiek over de quaestie in het In
dische genootschap. 1884 II 182,280;
De expeditie naar Loöng in April 1877. 1884 II 217.
De voorbereiding en uitrusting van de ex
peditie naar Tenom in Januari 1884. 1884 II 439, 551,
Twee patriotten over Algerië (Algerië en
vergeleken). 1884 II 506,586.
De generaal J. H. R. Kohier. Eene nale
zing van feiten tijdens de eerste expeditie te
gen het rijk van.Naar aanleiding van het
werk: „Beschrijving van den oorlog" door
E. B. Kielstra, majoor der genie van het Ned.-
Ind. leger; door een oud hoofdofficier. Met
een aanhangsel. 1884 II B. 654.
De tocht naar Langsar in Mei 1877. 1885 I „1.
De militaire operatiën in Tenom in Januari
1884. 1885 I 97,197,
Open brief aan den heer H. A. A. Niclou. 1885 I 283.
De heer E. B. Kielstra over de brochure
getiteld: „De generaal J. H. R. Kohier; eene
nalezing van feiten tijdens de eerste expeditie
tegen het rijk van 1885 I 493.
Mijn antwoord aan den heer E. B. Kielstra.
1885 I 588.
1885 II 696.
De krijgsverrichtingen in Edi en Gedongin
Mei en Juni 1878. Uit het algemeen verslag
der krijgsverrichtingen tegen 1885 II 973,1077,
1189-