123 Verder waren, rechts van de plaats van doorgang, twee stukken van de plaat afgeslagen; het eene was in den houten ruggesteun en tot tegen het schild doorgedrongen en het andere alleen in schuinen stand naar achteren omgezet. Na deze verwoestingen op de plaat aangericht te hebbenver brijzelde het door de schijf verder dringende projectiel den ruggesteun en het ruggeschild over eene aanzienlijke oppervlakte, zoodat het verbrijzelde gedeelte, dat aan de achterzijde met dat van het eerste schot te zamen loopt, eene hoogte van 1.07 M. op eene breedte van 0.88 M. heeft. De beide platen waren iets meer van elkander afgewekende onderplaat was onder liet punt van doorgang eenigzins ingedrukt, en bet linkereinde der dekplaat opwaarts gebogen. 11e geheele schijf was bij dit schot 0.06 M. teruggedrongen. Aan de schijf werden bovendien de navolgende beschadigingen opgenomen. Aan de voorzijde. Vijf bevestigings-schroefboutenals vier aan de lin ker-, en een aan de rechterzijde der schijf gebroken. Aclit bevestigings-schroefbouten vermoedelijk gebroken, aangezien hunne koppen een weinig buiten de plaat uitstaken. Aan de achterzijde. lc vak. Elf bevestigingsbouten van het schild (waarvan drie in het verbrijzelde gedeelte) gebroken. Plet staande gedeel te van den Jinkerschoor op het midden der hoogte gescheurd, en het hoek ijzer der schuine zijde van dezen schoor aan den binnenkant op twee plaatsen gespleten. 2e vak. Een bevestigingsbout van liet schild gebroken. De staande versterking van hoekijzer achter het schild tusschen het 1° en 2e vak geheel weggeslagen, en de vloerplaat doorgebogen. •3e vak. Een bevestigingsbout van liet schild gebroken. 5e vak. Een bevestigingsbout van het schild gebroken. De tweede kogel werd, even als de eerste, op ongeveer 200 M. achter de schijf, op eene vrij groote diepte, in duin teruggevouden. De beide projectilen hadden alzoo de schijf volkomen doorboord, na dien nog voldoende kracht behoudende, om, op eenen afstand van circa 200 M. achter de schijf, op eene vrij groote diepte in zandgrond (duin) te dringen. Het eerste schot, met 24 K. G. lading, trof de geheel gave schijf, op een van hare sterkste gedeelten. Het ijzer, waaruit de getroffen pantser- plaat vervaardigd is, bleek van uitmuntende hoedanigheid en zeer taai en vast te zijn, aangezien de plaat volstrekt geen scheuren bekomen bad, niet tegenstaande zij geheel door den kogel doorboord, het ijzer rondom liet gat vrij sterk naar voren opgezet, en het geheele linkergedeelte der plan ongeveer 3 c. M. omgezet was.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1870 | | pagina 130