129
De houten bekleeding werd achter liet trefpunt verbrijzeld, en de plaat
van het ruggeschild 12 c. M. teruggedrongen.
3|; vak. Een bevestigingsbout der houten bekleeding, en een bevesti-
gings-schroef bout van de bovenplaat, oj) de scheiding van het 4e en 5e vak
gebroken.
Tengevolge van het verbrijzelen van het projectiel, en het in verschil
lende richtingen wegslingeren der scherven, werd het noodzakelijk geacht,
het meten der snelheid thans te staken, omdat het personeel, dat zich in
de nabijheid van het huisje, alwaar de chronograaf Le Boulengé was op
gesteld bevondzich niet zonder gevaar aldaar langer kon ophouden.
Dientengevolge werd bepaald, dat na den afloop der proef tegen de pant
serschijf, de snelheid van het projectiel met de gebezigde ladingen op dien
afstand van de monding, zou worden gemeten.
Deze snelheid, gemeten op den lste» October, op den afstand van 743
M. van de monding, bedroeg, met 24 Iv. G. prismatisch buskruit, 335.4 M.
Vierde schot.
Lading, projectiel enz. als bij het derde.
Het projectiel maakte wederom een aanslag op 760 M. van de monding,
derhalve nu op 8 M. voor de schijf.
Het projectiel trof de onderplaat in het 6e vak, op 46 c. M. van den
rechter- en op 35 c. M. van den onderkant der schijf.
Het projectiel drong geheel in de schijf, zoodat de bodem zich op onge
veer 2 c. M. voorbij het voorvlak van de plaat bevond, terwijl het rugge
schild, op de plaats der punt van het projectiel, een weinig was gebogen.
De lengte-as van het projectiel maakte met den normaal op het voor
vlak der plaat een hoek van ruim 20°.
Ter rechterzijde, en uit het midden van het gat, waardoor het projec
tiel was binnengedrongen, ontstond eene scheur, eindigende aan den rech
terkant der plaat, op 34 c. M. boven den onderkant.
Ter linkerzijde van het gat ontstond eveneens eene scheur, aanvangende
op 20 c. M. boven den onderkant, en eindigende op 80 c. M. van den
rechterkant der plaat.
De verdere beschadigingen, die opgenomen werden, waren:
5Ü vak. Een bevestigings-schroefbout van den onderplaat, op de schei
ding van het 5e en 6C vak, gebroken, benevens vijf bevestigingsbouten der
houten bekleeding, een schroefboutje van het ruggeschild, en vier schroef-
boutjes van de voetplaat
6e vak. Een bevestigings-schroef bout van de onderplaat, benevens tien
bevestigingsbouten der houten bekleedingtwee schroefbputjes van het
ruggeschild, en zes schroefboutjes van de voetplaat gebroken.