179
velde, met uitzondering van eenige weinige onmisbare en werkelijk nut
tige, veilig als overtollige ballast kunnen weggeworpen worden; aan elk
dezer belangrijke factoren willen wij eenige regels wijden.
HOSPITAAL-SOLDATEN.
Voor den geneeskundigen dienst te velde beeft men vastberaden, koene,
geoefende mannen noodig, die in beslissende en moeielijke oogenblikken
weten te gehoorzamen en te bandelen, en, door den band der krijgstucht
vereenigd, tot een gemeenschappelijk doel zamenwerken; vóór alles moe
ten zij zijn vrijwilligers, reeds bekend met de moeielijkheden en gevaren
van den oorlog, met de zelfopoffering en zelfverloochening, die op het
slagveld van hen gevorderd worden, en met de tegenwoordigheid van geest,
die hen in critieke oogenblikken moet bezielenliefde tot den evenmenscli
en barmhartigheid zijn eigenschappen van edele zielen, maar op zich zelf,
zonder bekendheid met het practische leven, met de naakte werkelijkheid,
in het brandpunt van ellende, van geene waarde, wanneer zich niet aan
de teedere deelname van een vrouwelijk gemoed de energie van een man
nelijk karakter paart; want tegenover de grenzenlooze ellende van het
slagveld helpt geen klagen en treuren, geen weê en ach, er moet gehan
deld worden; in oorlogstijd leeft men snel, maar men sterft nog sneller;
snel denkeu, snel handelen, en het aanwenden van eenvoudige, snel wer
kende, hulpmiddelen, hierin ligt het groote geheim van den goeden naam,
dien vele veldartsen en hospitaal-soldaten zich bij het leger wisten te
verwerven.
Op het slagveld kan men verwonden redden, die een oogenblik later
niet meer te redden zijn; die snelle hulp stilt soms het bloed, belet dat
het door de geopende poorten wegvloeit, of zorgt, dat de laatste vonken
van het wegkwijnende leven aangewakkerd worden, totdat de tijd andere
hulpmiddelen aanbrengt; //tijd gewonnen is veel gewonnen."
Geduld is voor ziekenverplegers even noodig als vastberadenheid; in het
gemoed van zieken en gekwetsten ontwikkelen zich nieuwe neigingen,
hartstochten en vooroordeelendie, zoowel door den geneesheer, als dooi
den ziekenverplegermoeten eerbiedigd wordenzelfs danwanneer ze van
redelijken grond ontbloot, grillig, avontuurlijk of vreemd schijnen; zieken
en gewonden moeten soms als kinderen geleid en toegesproken worden
waarvoor van de zijde der ziekenverplegers zelfopofferende liefde, diep plicht
besef en geduld noodig ziju; eigenschappen, die slechts zelden in één per
soon vereenigd voorkomen.
Tegen hun wil en aanleg voor hospitaaldienst bestemde soldaten, die
door walging en afkeer aan het ziekbed bevangen wordenzijn in den