183 laatsten, bekend onder den naam van handlangers, zijn, afgezien van de lichaamsgebrekenwaarvoor zij de active dienst verlieten, in geestelijk op zicht ten eenenmale onbruikbaar, daar het niet mogelijk is, hun de innige overtuiging van de hooge noodzakelijkheid eener juiste en nauwgezette opvolging van de door den geneesheer gegeven bevelen omtrent gezond heidsmaatregelen, en toediening van geneesmiddelen, in te prenten; in de hospitalen worden zij dan ook meestal alleen gebezigd voor het zware en vuile werk, waarvoor hun verzwakt lichaam niet meer geschikt is, en waarvan zij een instinctmatige!) afkeer hebben; sommigen hunner zijn versierd met de medaille voor moed en trouw, de meesten met de me daille voor langdurigen trouwen dienst, en voor dezen is het aandragen van water, het reinigen der zalen en der vergaderbakken van de uitwerpsels der ziekenen vele andere bezighedeneene vernederende taakdie ons meermalen aanleiding tot ergernis gaf. Inlandsche handlangers moesten geheel worden afgeschaft; ze brengen een goed deel van hun tijd in de ziekengestichten als lijders door, en kosten den staat handen vol geld; in vredestijd moesten ze vervangen worden door dwangarbeiders of vrije lie den; in oorlogstijd uitsluitend door dwangarbeiders, die, zoo als de on dervinding ons leerdeop het oorlogsterrein niet te betalen diensten bewijzen. De grondstof, waaruit de hospitaal-soldaten getrokken worden, mist, zoo als duidelijk is, iederen waarborg van deugdelijkheid; en voegt men hierbijdat de door het hospitaal-personeel gepleegde overtredingenbe doeld bij het tweede hoofdstuk van het reglement van krijgstucht voor het krijgsvolk te lande, door den onder-intendant gestraft worden; dat de overplaatsingen en bevorderingen bij dit korps, door dezelfde macht ge schieden dat deze het personeel zoo goed als niet kenten slechts doode namen en cijfers in het hoofd heeft, maar omtrent al wat karakter, ge schiktheid en andere eigenaardigheden van het individu betreft, onkundig is, en uit den aard der zaak zijn moet; zoo zal men begrijpen, hoe moeielijk de taak van den arts onder deze omstandigheden wordt, en zal men het hem wel niet ten kwade duiden, en als een verwijt toerekenen, dat de verkregen uitkomsten der behandeling niet altijd even troostend en verblijdend zijn. Gedurende een tweejarig verblijf te Malang, waar wij als eerstaanwezend officier van gezondheidtevens met de waarneming van het militair kom- mando belast warenhebben wij leeren wnardeerenvan hoe groot belang het voor de lijders is, wanneer de geneesheer zelf de overtredingen van het hospitaal-personeel straft, en de volle verantwoordelijkheid draagt van alles, wat op de verzorging en verpleging van lijders betrekking heeft.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1870 | | pagina 190