242 geene overplaatsingen of detacheeringen van officiereu van het Nederland- sche bij het Indische leger meer geschied. Deze maatregel is niet meer dan billijk, daar die //overplaatsingen en detacheeringen" tot nu toe uit sluitend hebben gediend, om het Nederlandsche leger ten koste van het Indische te bevoordeelen. Vele onderofficieren konden dientengevolge niet tot officier benoemd worden, en vele officieren moesten dienen onder Ne derlandsche le luitenants, die veel jonger officier, doch ouder le luitenant waren. Had men ten deze, zoo als de billijkheid medebracht, steeds ge trouw reciprociteit betracht, zoodat voor elk Nederlandsch officier in Indië ook telkens een Indisch officier van denzelfden rang in Nederland was ge detacheerddan zou zeker, hoewel dan nog niet alle bezwaren zouden zijn opgehevenvoor de detacheeringen veel te zeggen zijndaar Indië meer geschikt is voor het opdoen van krijgservaring, en daarentegen in Neder land meer gelegenheid tot wetenschappelijke ontwikkeling bestaat. Uit de op bl. 36 geleverde statistiek blijkt, dat gemiddeld jaarlijks eene aanvulling van circa 1700 Europeanen en 1500 Inlanders vereischt wordt; belangrijke cijfers, die, in verband met den staat van //verlies aan troepen" (bl. 38), wel op de hooge noodzakelijkheid wijzen, om de troepen in gezonde streken, in gezonde kazernes, in doelmatige hospitalen te ver plegen. Wanneer we ziendat aan de kusten gemiddeld dubbel zooveel militairen sterven als in de binnenlandendan gebieden èn de mensche- lijkheid, èn de belangen der defensie, èn die van 's lands kas, dat mende troepen van de ongezonde kustplaatsen terugtrekt. De verdediging des lands eischt in de eerste plaats gezonde, krachtige, en geene ondermijnde, zwakke gestellen; op de levende strijdkrachten komt het oneindig veel meer aan dan op de doode, eene waarheid, die zeker niet altijd genoegzaam in het oog is gehouden. Zoo als bekend is, heeft het Indisch bestuur goedgekeurd, dat de aan komende suppletietroepen te Meester Cornelis in stede van te Weltevreden worden gehuisvest. Deze maatregel is nu ongeveer een hall jaar in wer king, met het uitstekendste gevolg; zoo wij goed zijn ingelicht, is van de in dien tijd aangekomen detachementen, vóór hunne indeeling, slechts een persoon gestorven, terwijl het vroeger geen zeldzaamheid was, dat van één detachement zes of tien militairen in de eerste dagen hunner aan komst overleden. Wij hopen, dat de redactie in de gelegenheid zij, hier van over eenigen tijd eene statistiek te publieeeren. De thans veel ver beterde voeding der militairen zal het hare bijdragenom de ziekte en sterfte onder het leger te verminderen. Onder het hoofd //inrichtingen, bijzonderheden" vinden wij op bl. 41

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1870 | | pagina 249