den korps-kommandant, die zal beslissen of de raad al of niet een onderzoek zal instellen. Dit onderzoek zal plaats hebben door vordering van schriftelijke ver klaringen der in de zaak betrokken partijen, waaruit, ten einde de zaak zoo mogelijk in der minne te schikken, de ooi'zaak en de aaid van het geschil grondig opgespoord moeten worden. De uitslag van het onderzoek kan tweeledig zijn, waarvan de behandeling hieronder volgt onder de XII en XIII. XII. Vereffening van het geschil. Indien de raad van eer bewijzen heeft gevonden, dat de zaak ontstaan is door een misverstand, en dat de beleedigiug niet met opzet is geschied, zal zij haar best moeten doen, voor zooveel het verschil in rang der be trokken personen dit toelaat, om door minnelijke schikking eene verzoening daar te stellen. Wordt daarin toegestemd, zoo zullen de beide partijen als getuigenis daarvan, den korpskommandant de hand geven, dan wel hem daaromtrent eene schriftelijke verklaring afgeven. XIII. Behandeling der zaak door de ftechtbank van eer. Mocht een der beide partijen niet tot eene verzoening genegenof het korps officieren van meening zijn dat het geschil niet door zulk eene ver zoening kan vereffend worden, dan wel de raad van eer de overtuiging hebben erlangd, dat eene minnelijke schikking de zaak niet op eene eervolle, wijze kan beëindigen, zal de korps-kommandantten einde de afdoening der zaak zooveel mogelijk te bespoedigengelasten dat de rechtbank van eer volgens de vastgestelde bepalingen over het geschil zal oordeelen waarvan alsdan onmiddellijk kennis wordt gegeven aan den generaal, die in de afdeeling het bevel voert. XIV. Uitspraak der Rechtbank van eer. De raad van eer zal de zaak onderzoekenvolgens de voorschriften vervat in VI, en de rechtbank van eer zal hare uitspraak doen op de wijze, als vermeld is in VII. Deze uitspraak kan zijn le. Eene verklaring, dat de zaak niet van dien aard is dat daarvoor eene berisping van wege de rechtbank moet worden gegevenen dat de eer van geeue der beide partijen kan beschouwd worden als te zijn aangerand 2e. Eene terechtwijzing aan een der beide, dan wel aan beide partijen, 23

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1870 | | pagina 30