310
De majoor Peereboom vermeende echter, dat Tebat Salak, hoewel ove
rigens uitmuntend gelegen, daartoe niet geschikt was, aangezien hij die
tloeson te groot vond, en-zij door een hoogte gedomineerd werd; hij
keurde ook Talang besar, de door den expeditie-kommandant aangewezen
plaatsaf, niettegenstaande deze doeson de beste communicatie met Tan
djong Kemoening heeft, omdat zij geheel open lag.
Den 26steu vertrok de majoor Peereboom weder, ten einde nogmaals
naar een geschikt punt voor de vestiging in de Semidang te zoeken, en
besloot daartoe Talang Langan op te nemen, welke plaats echter ook niet
voldeed.
Terwijl men de verkenning in den omtrek van deze plaats voortzette,
vertoonden zich eenige vijanden, en de kolonne-kommandant besloot nu,
hen den strijd in het open veld aan te bieden, waartoe hij met zijn ge-
heelen troep voorwaarts rukte; doch de vijand hield geen stand, zoodat het,
hoewel hij ernstig vervolgd werd, tot geen eigenlijk gevecht kwam.
Daar op dezen tocht weder geen gunstig punt voor de vestiging in de
Semidang gevonden werd, keerde de koloune naar Talang besar terug, en
besloot majoor Peereboom tot eene voorloopige vestiging te Talang Tidang,
op de grens der Semidang gelegen, van waar men het meest gemakkelijk
alle punten in die landstreek kan bereiken, eene goede communicatie met
het hoofdkwartier heeft, en waar men hoopte de beste inlichtingen te
zullen kunnen ontvangen, omdat de bevolking er aanwezig was.
Deze talang had echter gebrek aan goed water, en kon dus niet lang
bezet blijven; evenwel bracht men den volgenden dag het bivouak der
waarts over.
inmiddels was op den 27sten September de 6e kompagnie van het 5e
'oatailloii van Lahat in het hoofdkwartier aangekomen, terwijl de kolonne
Steek aldaar den volgenden dag arriveerde.
Daar de rapporten der verschillende kolonne-kommandantenmet uit
zondering van die in de Semidang, omtrent den toestand van de door
hen bezette landstreek zeer gunstig luidden, zoo werden nu, in verband
met de aankomst van deze troepen, de le kompagnie van het garnizoens-
bataillon op den 29sten, en de D kompagnie van het 5e bataillon op den
30sten September naar dat landschap gezonden, met last, zich aldaar onder
de bevelen van den majoor Peereboom te stellen.
Tevens werd aau laatstgenoemde medegedeeld, dat de expeditie-kom
mandant zich niet met zijne vestiging te Talang Tidang kon vereenigen,
aangezien de van die plaats uitgezonden patrouilles niet ver genoeg in de
Semidang kunnen binnendringen, willen zij denzelfden dag wederkeeren.
Ook hadden de Semidangers het gerucht uitgestrooid, dat zij geene