416
begon die staf meer en meer aan zijne ware bestemming te beantwoorden,
en werd, in navolging van Frankrijk, zijn werkkring ook in Pruisen aan
merkelijk uitgebreid; met die uitzondering echter, dat het administratief
gedeelte der oorlogvoering niet onder dat korps getrokken, maar afzon
derlijk als generaal-kwartiermeesterstaf bleef bestaan.
Gedurende dat tijdvak hebben de generaals Gravert, Massenbach en
Ruchel zich zeer verdienstelijk gemaakt door de in Pruisen bij dat korps
daargestelde hervormingen. Yooral onder laatstgenoemd generaal werden
gedurende 1801 1806 vele verbeteringen bij den generalen staf tot stand
gebracht; troepenofficieren werden als adjoints daaraan toegevoegd, na vooraf
aan een zwaar examen te zijn onderworpen; de militaire topographie of
het kaartenbureau werd nauwer met den generalen staf verbonden, en de
verderfelijke invloed der adjudantuur, tot dusver op genoemd korps uit
geoefend, binnen engere grenzen teruggebracht.
De Napoleontische oorlogen maakten Duitschland meer en meer bekend
met de administratieve legerinstellingen van Frankrijk, en vele dier in
richtingen vonden toen navolging in Duitschland.
In de oorlogsjaren 18121815 mocht de Pruisische generale staf reeds
aanspraak maken op eene goede organisatie, die ook goede resulsaten
heeft opgeleverd.
De groote verdiensten, die von Gneisenau, Grolman, Thile en von
Clausewitz zich in dat opzicht hebben verworvenzullen zeker steeds door
de Pruisen worden erkend.
Reeds na den tweeden Parijschen vrede in 1815 bezat de Pruisische
staat eene militaire reorganisatie, die geheel in overeenstemming was met
de uitbreiding, welke die mogendheid had ondergaan; die organisatie werd
trouwens later nog verbeterd. De generale staf maakte toen een integree
rend deel van het leger uit, en was in overeenstemming gebracht met den
weten sell appel ij ken vooruitgang in de krijgskunst van dien tijd. In dat
korps werden de uitstekendste officieren aangetroffen, die achtereenvolgens
weder als bevelhebbers bij het lecrer overeinuen.
In het jaar 1821 bekleedde de chef van den generalen staf, toenmaals
de luitenant-generaal von Müffling, reeds een vroeger ongekend hoog
standpunt in het leger, waardoor het hem mogelijk was buitengewone
diensten aan dat korps te bewijzen, hoofdzakelijk doordien hij daarin de
meestmogelijke eenheid heeft weten te brengen.
Ook heden ten dage heeft de chef van den generalen staf in Pruisen
eene macht en eenen invloed, welke zelfs die van den minister van oor
log overschaduwt.
De reeds hiervoren bedoelde schrijver in den Spectateur militaire is er
O O