452
ingericht om bij expedities te dienen Een oorlogschip op vendutie brengt
al heel weinig geld op, en de veranderingen zouden niet veel kosten.
Het ambulancepersoneel bestond uit: 1 sergeant-majoor, 3 sergeanten
ziekenvaders, 4 korporaals-hospitaal bedienden, 6 Europeesche ziekenoppas
sers en 16 Inlandsche handlangers.
Men ziet, dat het aantal niets te wenschen overliet. Doch het gehalte
was bedroevend. Allen waren voor den actieven dienst ongeschikt ver-
klaaid wegens een of andere ziekte, en zoo was ik gedwongen reeds spoedig
den sergeant-majoor, 3 korporaals, 4 Europeesche oppassers en 1 Inland-
schen handlanger naar Soerabaja terug te zenden, als geheel onbruikbaar
wat hun lichamelijken toestand betrof. Gaarne had ik bijna allen ver
vangen maar ik kon mij niet geheel ontblooten.
Van het ambulance-personeel vergt men op expeditie minstens evenveel
diensten en vermoeienissen als van den soldaatzij moeten dus even goed
zijn. Het thans gevolgde stelsel zondigt in zijn beginselenof de soldaat
is onnoodig afgekeurd voor den hospitaal-dienst, of hij is nagenoeg of ge
heel onbruikbaar op expeditie. De gevallen, dat een soldaat een licht ge
brek krijgt, waardoor hij ongeschikt wordt voor den actieven dienst maar
niet voor den hospitaal-dienst te velde, zijn zeldzaam. En zoo moet de
officier van gezondheid, indien hij een eenigszins zwaren dienst opdraagt,
dikwijls hooren«dat kan ik niet; als ik dat kon, was ik ook goed genoeg
geweest voor soldaat in de gelederen."
In de uitrusting van een ambulance-bediende is eene groote leemte: ze
zijn ongewapend. Men moet het ondervonden hebbenhoe onaangenaam
hun de opdracht in de ooren klonk, om een tandoe te begeleiden of zelf
te dragen tusschen hooge padie door, waarin de vijand verscholen lagmet
welke graagte ze een lans of kris buit maakten; hoe ze mij toestemming
vroegen om het kapmes van een gesneuvelde of gekwetste te mogen ge
bruiken, om te kunnen waardeeren, hoe het bezit van een wapen hun
gerustheid en vertrouwen geeft en dus hunne bruikbaarheid zeer verhoogt.
Op mijn verzoek werden hun dan ook bij de volgende attaques de over-
compleete kapmessen uitgereikt.
De tandoes, in voldoend aantal van Soerabaja medegegevenwaren hang
matten, aan een bamboe bevestigd, met een dak van zeildoek op een
langwerpig raam gespannen. Zij hadden het voordeel dat ze licht waren:
door 2 koelies konden ze gedurende korten tijd worden gedragen. Maar
doordat het dak van binnen en buiten zwart was geschilderd, waren de
gekwetsten gedurende het transport door de zon aan groote hitte bloot
gesteld, wat door het overhangen van matten zooveel mooglijk werd tegen
gegaan. Dergelijke tandoes kunnen niet worden neergezet. Door het niet