455 A dsistentie voor de apotheek was er niet. Waarom bij dergelijke groote expeditie geeu militair apotheker wordt medegegeven, zoowel voor de ad ministratie en het toezicht als voof het gereedmaken der geneesmiddelen, is mij niet recht duidelijk. Wij hadden letterlijk niemand, die in iets behulpzaam kon zijn: mijne pogingen, om een inlandsehen handlanger uit de apotheek te Soerabaja machtig te worden, mislukten. Een bediende gedurende de expeditie voor de apotheek te dresseeren is wat veel gevergd. Die weet, hoe voor den geneesheer te velde nog een drukke taak over blijft, als de anderen zich na de vermoeienissen ter ruste kunnen leggen, zal hein geen hulp in de apotheek misgunnen. Mij rest nog de beoordeeling der voeding en kleeding. De voeding liet weinig te wenschen over. Eiken dag werd versch rundvleesch, en eens of tweemalen in de week varkensvleesch verstrekt. De rijst was goed en het hard brood smakelijk. De enkele keeren dat er gezouten vleesch en gerookt spek werd gegeven, bleken beide van uitmuntende hoedanig heid te zijn, maar het rantsoen van het laatste is veel te klein. Ik be hoef wel niet te zeggen, dat ik geene zwarigheid maakte in de verstrek king aan jenever; aan de soldaten, die des nachts op post stonden, werd zelfs een extra-rantsoen toegediend. Ook de voeding voor de zieken was goed. Liebig's vleesch-extract vol deed zeer. In plaats van limonade, die meestal slap of slecht is, doet men beter limoensap mede te nemen. Op gebreken in de kleeding is reeds zoo dikwijls door meer competente beoordeelaars gewezen, dat ik hierover kort kan zijn. Ik wil slechts wijzen op het weinig beschuttende hoofddekselop het niet verstrekken van slob kousen die stevigheid geven aan het been en het marcheeren zoo gemak kelijk maken, en op het gebrek aan flanellen of wollen boezeroenen. Vele soldaten, met hun cenvoudigenpractischen zin, maken lange hemden van de buikbanden, welke ze van hunne meer onverschillige kameraden koopen en die ook door het opkrullen spoedig weinig dienst meer doen. De wollen hemden en dekens, de heerlijke bruine boonen en erwten-soep waarmede de landings-divisie vertooning maaktewaren zoovele voordeelen, die rechtmatige jalouzie opwekten bij onze soldaten. Toch konden bij deze expeditie de diensten van de mariniers en matrozen in de verte niet ver geleken worden met die, welke van de landmacht werden gevorderd. Laten wij hopen, dat de tijd niet ver af moge zijn, waarin eene verstandige vrijgevigheid meer voordeel ziet in het doen van eenige, al zijn het groote uitgaven, dan in het korter of langer vaak zelfs voor altijd onbruikbaar worden van vele soldaten.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1870 | | pagina 465