470 oorlog als lastdragers gebruikt eu in tijd van Vrede op nuttige wijze kunnen beziggehouden worden? Als daartoe het noodige verricht werd, geloof ik toch wel, dat bij de inlandsehe bevolking genoeg liefhebbers zullen gevonden worden, die zich, onder het genot van voordeden en een goed vooruitzicht, voor eenigen tijd als koelie willen verbinden; zij zouden b. v. eene overeenkomst kun nen sluiten voor drie jaren met beding van 20 handgeld, tractement van 20 centen daags, voeding gelijk aan die van den inlnndschen militair terwijl hun ook kleeding van gouvernementswege verstrekt wordt, bestaande uit vier blaauwe pantalons, vier boezeroenen, twee sarongstwee hoofddoe ken en twee blaauwe baadjes per jaar; zij moeten gehuisvest zijn in groote bamboezen loodsen, welke niet te ver van de plaatsen gelegen zijn, waar zij werkzaamheden te verrichten hebben. Over de 25 koelies zal voor het toezicht een kapala, en over de 50 een mandoor gesteld wordendeze moeteu op dezelfde wijze verzorgd worden als voor hunne minderen bepaald is, maar 50 a 40 centen tracte ment genieten, en op de kraag als distinctief een geel of goud galon dragen. De 100 koelies worden geadministreerd door een Europeesch opzichter, herkomstig uit het administratief kader van het leger; hij zal in deze werkzaamheden door de raden van administratie gecontroleerd worden. Mandoors, kapalas en koelies, die hun contract verbreken, moeten wor den gestraft gelijk door de wet bepaald wordt; degenen, welke zich aan onwil schuldig maken, verbeuren tractement en vivres voor die dagen, dat zij niet werken ol' liet werk niet naar behooren verrichten; overtredingen van wetten en bepalingen moeten door de bevoegde civiele autoriteiten worden gestraft. In vredestijd moeten de koelies werkzaam gesteld worden bij de ver schillende geniewerkenin de hospitalen, voor zooverre noodig bij korpsen, militaire werkplaatsen of inrichtingen, en ook tot het schoonhouden van kampementen. Indien zij gedurende 12 jaren goed hebben gediend, moest hun bij het aangaan van een nieuw verband, behalve het handgeld, f 50 gratificatie worden uitgekeerd, en na verloop van 20 jaren dienden zij aanspraak te mogen maken op een pensioen van f 5 tot f 10 's maands. Tegenwoordig bestaan in de koloniën de volgende militaire inrich tingen: de artillerie-constructiewiukel te Soerabajade geweermakers-en de militaire-school te Meester-Cornelisde buskruitmolens te Ngawie en Sa- marang en het korps pupillen te Goinbong. Met het oog op eene verdediging tegen een buitenlandschen vijand, waarbij eene geregelde gemeenschap met Nederland spoedig zoude afge-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1870 | | pagina 480