480
blijf aan boord, nog aan de onaangename gevolgen daarvan onderhevig zijn
vooral de paarden; terwijl men bovendien moet letten op de nioeielijklieden
bij eene ontscheping den ongunstigen of liever gezegd vveêrloozen toestand
bij het'naar wal varen, en het onbeduidende van hun kanon- of geweer
vuur, tegenover de goed gerichte schoten van den verdediger, die zich
op zijn gemak bevindt, en alle voordeelen op zijne zijde heeft.
Tegen de vloot, welke eenen aanval op het zuiden beoogt, is onze
toestand nog gunstiger, want hier kunnen zeer spoedig 8 bataillons, 5
batterijen en 5 kompagniën kavallerie vereenigd worden, terwijl van uit
Soerabaja eene kolonne van 3 bataillons, 3 batterijen en 3 kompagniën
over Kedirie kan aanrukken.
Mogelijkheid van eene ontscheping des vijands op een vlak en begaan
baar strand is voor hem in alle opzichten het gunstigst; geheel anders
zou het geval wezen, indien de kusten steil zijn, of de debarkementsplaats
door hoogten beheerscht werd, want daardoor verkrijgt de verdediger een
groot overwicht, en hij kan met geringe macht het vijandelijk leger nadeelen
toebrengen, tengevolge waarvan aan die troepen, zelfs als het hun gelukt
voet aan wal te krijgen, het doordringen onmogelijk wordt gemaakt. Met
niet minder moeielijkheden zou de aanvaller te kampen hebbenindien hij
meestal door moerassig terrein omgeven, riviermondingen zoude willen
binnenroeien of stoomeu, aangezien zijne macht daarbij meer geconcen
treerd moet worden, en zijne troepen dus veel zouden te lijden hebben,
terwijl het voor den verdediger gemakkelijk zal wezen, de door- en
afvaart te beletten door batterijen, stoomsloepenstaketsels, gezonken
vaartuigenen vooral door torpedos.
Wil de aanvaller echter zijn geheele leger op een punt van Java ont
schepen, dan zal de landingsplaats vermoedelijk gekozen worden iu de
nabijheid van Batavia, of tusschen Cheribon en Samarang, ten einde zich
zoo spoedig doenlijk meester te maken van den hoofdzetel van ons bestuur
of wel van midden-Java, aangezien het altijd het streven van den vijand
zal wezen, om, voornamelijk door het bezit van Batavia en Buitenzorg of
van de Vorstenlanden, spoedig meester te zijn van het geheele eiland.
Hoewel van veel gewicht, zal de verovering van Soerabaja en de ooste
lijke residentiën geen onmiddellijke)) invloed hebben op onze opperheer
schappij, en, om deze te fnuiken, de vijand toch verplicht zijn tot de
verovering van de belangrijkste punten van het eiland; daartoe zal hij
met zijne troepen lange marschen door zeer moeielijk terrein moeten
verrichten, waardoor ontegenzeggelijk zijne krachten zullen verminde
ren, terwijl wij ruim den tijd hebben om hem, zoo noodig, met bijna
onze geheele macht te gemoet te gaanvereenigd met de geretireerde