494 waar niet ruimer betaald wordt dan de andere korpsen en diensten van het leger, doch waarbij voor hen, die willen en kunnen, bij uitzondering van alle andere officieren, de gelegenheid is opengesteld, om zich eenig fortuin te vergaren. De voorbeelden daarvan zijn talrijk genoeg om niet onbekend te zijn, en door die bekendheid zullen zij het steeds voltallig blijven van het korps ook in de toekomst verzekeren. Zijn echter de werkkrachten van al die militaire geneesheeren geheel en al ten beste van het leger goed verdeeld Ook op deze vraag moet ik als leek een bepaald antwoord schuldig blijven. Uit het opstel van II. zou men echter moeten afleiden, dat een gedeelte dier krachten voor het leger verloren gaat, en dat'de indeeling der militaire geneesheeren ook voor een deel gegrond is op de behoefte van den civielen geneeskundigen dienst. Toch worden de tractementen van al die officieren van gezondheid ten laste der militaire begrooting uitbe taald Onjuist wordt dus hier een gedeelte der civiele uitgaven door het militair budget gedragen. Onze tegenwoordige minister van koloniën, die van zuivere toestanden houdt, zal zeker, wanneer er zijne aandacht op valt, ook hierin verandering brengen, en niet langer willen, dat het toch reeds zoo kostbaar genoemde leger kostbaarder schijne dan het wer kelijk is. VV orden de troepen in groote garnizoenen vereenigden worden dus de officieren van gezondheid te gelijk met de kleine bezettingen uit de binnenlanden weggenomendan zal er van zelf behoefte ontstaan aan eene scheiding van den civielen en den militairen geneeskundigen dienst, en met H. acht ik die scheiding in het belang van het leger. De officieren van gezondheid moeten dan echter voor een deel aan de korpsen worden toegevoegd. De korpsdokter zorgt voor alle, zoowel ge neeskundige ais hygiënische, belangen van de troepen waarbij hij geplaatst is, en deelt met de officieren van het korps de verantwoordelijkheid voor goed logies, goede voeding en goede verpleging der gezonden. Hij behandelt de kwartierzieken van het korps, en, voor zooveel hem daarna nog tijd overschiet, is hij werkzaam in het hospitaal, indien zulks daar "wordt gevorderd. De eerstaanwezehd officier van gezondheid in het garnizoen is, behalve chef van het hospitaal, ook chef der korps-doktoren in dien geest, dat hij met den garnizoens-kommandant de verantwoordelijkheid draagt voor de ligging, voeding en verdere verpleging van het geheele garnizoen. Alleen de inspecteur der vaccine maakt hierop eene uitzondering. Diens betaling komt, geloof ik, tea laste der civiele begrooting.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1870 | | pagina 504