498 artillerie zijn, vinden wij zeer gelukkig, doch het geeft ons volstrekt geen reden, om daaruit af te leiden, dat er genoeg jongelieden zullen zijn, dié, na een vijfjarigen cursus aan eene hoogere burgerschool te hebben door- loopen, waardoor alle carrières voor hen openstaannaar de akadernie zullen gaan, om daar voor officier der'genie of artillerie in Indië te studeeren. X. weet misschien niet dat in de laatste 10 jaren, dus onder de gunstige omstandigheid van het gratis studeeren, van de 113 aangestelde officieren van de artillerie in Indië, 25 niet van de akadernie zijn. Had de aka dernie in de behoefte voorzien, dan zouden er toch nimmer zoovele vaca tures kunnen geweest zijn. Nu reeds hebben wij een Stal officieren te kort; in het jaarboekje der akadernie zien wij, dat er dit jaar hoogstens vier aangesteld zullen worden. Als tegenhanger van de bewering van X., dat het aantal van de akadernie komende officieren der genie en artillerie slechts afhankelijk is van het aantal open te stellen vacatures, kan verder dienen, dat er dit jaar zoowel voor de genie als artillerie één kadet is kun nen aangenomen worden. De ondervinding zal verder loeren wie gelijk heeft'; wij hebben er met verschillende officieren over gesproken velen verwachten even als wijdat er minder officieren uit Breda zullen komen, en men dan spoedig een be langrijk incompleet zal krijgen. Deze toekomst moge minder wenschelijk zijn, ja, zij moge zelfs treurig genoemd worden, doch daarom is het dan ook de juiste tijd, om de school op degelijker grondslag te vestigen. Want nog treuriger zouden wij het voor ons wapen vinden, dat, zooal. X. zoude willen, hier uitsluitend officieren aangesteld werdendie meer practisch gevormd zijn en de vrien delijke beoordeeling met zich voeren, dat zij vooral in de subalterne rangen zulke uitstekende diensten kunnen bewijzen. De artillerie-school te vereenigen met die van Meester-Gornelis schijnt bij X. meer eene opkomende gedachte te zijn geweest, doch bij anderen is dit een meer gevestigd denkbeeld. Wij kunnen in deze vereeniging weinig voordeelen doch meer uadeelen vinden. Wanneer men de algemeenc order, waarbij het programma voor de offi ciers-examens gearresteerd is, nagaat, zal men zien hoe weinig vereeniging van ouderwijs zulk eene vereeniging zoude geven, zelfs bij de aanstaande uitbreiding van het ouderwijs aan die school; het zullen hoofdzakelijk de letterkundige vakken en het militair-recht zijn die vereenigd kunnen worden. De practische cursus echter zal daardoor belangrijk benadeeld worden voor exercitiën te paard toch is er te Meester-Gornelis geene gelegenheid; het kleine bastion met de twee 3-f$el"s en den mortier van 12 duim, zonder

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1870 | | pagina 508