567 kleine legers ontzettend groote benden ruiterij en pietaille versloegen (ik bedien mij van liet smaad»oord onzer Eransche baronnen voor liet voetvolk). Omstreeks dit tijdstip maakten de Westerlingen van liet buskruit, eene oude uitvinding van liet Oosteneene bepaalde aanwending in den oorlog. Er was een gemengde tijdwaarin de twee wapeningen verbonden werden, maar eindelijk, naarmate de nijverheid in bekwaamheid toenam, werden de nieuwe wapenen verbeterd, en toen zij de lans van den ridder, den voet boog en de wapenbijl naar het gebied der oudheden hadden verdrongen, traden de nieuwere krijgskunst en de nieuwere veldheeren op. Velen maakten zich een1 grooten naamhetzij in de worsteling tusschen Karei V en Frans I, hetzij in den godsdienststrijd, dien de hervorming deed .ontbranden, maar zij zijn de voorgangers en de leermeesters geweest van de krijgsoversten der volgende eeuw, onder wie ik, bij voorkeur, Gustaaf Adolf en Turenne zal aanhalen. Eindelijk wordt de ISe eeuw geheel gevuld door de groote figuur van Erederik II, die ons tot onzen tijd voert, tot de krijgslieden van de omwenteling en tot Napoleon. Gewoonlijk dragen de groote krijgslieden, die de geschied rollen met hunne heldenfeiten hebben gevuld, allen dien stempel van geslaagd te zijn in die operaties, waarvan de uitvoering voor hen was weggelegd; als zij tegenspoeden ondervonden hadden, zijn deze slechts gedeeltelijk en voor bijgaande geweest, slechts dienende, om de hulpbronnen van hunnen geest en hunne werkelijke meerderheid te beter in het licht te stellen. Even wel is er in de oudheid een zeer bekwaam veldheer, ik heb hem reeds genoemd, Hannibal, die, na verpletterende overwinningen, eindigde met te bezwijken onder de slagen van Scipio. Napoleon biedt ons eene dergelijke geschiedenis aan: eerst ongehoord gelukkige uitkomsten, legers in een en kelen dag verstrooid, hoofdsteden veroverd, monarchieën geschokt tot in haie grondvesten; daarna tegenspoeden, ook ongehoord, verloren legers, onherstelbare rampen, Parijs tweemalen ingenomen, en tweemalen de kei zerlijke troon omvergestooten. Zonder te onderzoeken, of de nederlagen van Hannibal niet hare verklaring hebben, of hij alles deed, wat een ge neraal moest doen hetzij toen hij het hulpleger in de pan liet hakken, dat zijn broeder hem te gemoet voerde, hetzij toen hij den slag van Zama leverdein plaats van tegenover Scipio de tactiek toe te passendie de dralende Fabius met zoo goeden uitslag tegenover hem, Hannibal, had toegepast; zonder, zeg ik, in die oude geschiedenis te treden, betreed ik de geschiedenis van onzen tijd, om na te gaan, hoe het komt, dat Napoleon twee zulke tegenovergestelde tijdperken heeft, het eene van geluk, het Littré verraadt door het voorbijgaan van Maurits, Tufenne's leermeester, dat hij een Frausehinan is. tj_

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1870 | | pagina 577