576
uitoefende, daar ieder onder zijne omgeving zich bezorgd maakte over die
lange reis. Het was toch duidelijk, dat hij, zoodra hij te Moskou zou
zijn aangekomen, verwonnen zou zijn, want de Russen hadden slechts te
weigeren in onderhandeling te tredenom hem te noodzaken die stad te
verlaten, waar hij niet kon blijven, en terug te trekken op zijne inkwar
tieringen in Polen. Deze terugtocht was eene nederlaag; niet alleen was
de veldtocht in dit geval mislukt, maar hij eindigde ook met een1 langen
teruggaanden marsch, waarbij men week voor de Russen, die vervolgden,
loen zij zich in den Kremlin had opgeslagen, schreef hij om te onder
handelen; de keizer Alexander antwoordde hem zelfs niet. De Russen
hadden pas hunne hoofdstad verbrand, die in handen van den overweldi
ger was; dit was toch niet om haar terug te koopen door een vredesver
drag. Hun vijand had zich-zelven overgeleverd, maar wat zij zich in hunne
meest bedwelmende droomen nooit zouden hebben durven voorstellen, is,
dat die vijand zijn verblijf in die verbrande stad zou verlengen, en dat
hij, den 14'len September Moskou binnengekomen, er eerst den 19(leu Oc
tober uit zoude trekken. Door dit onbegrijpelijk uitstel van vijf weken
deed hij den terugtocht, die een marsch van veertig dagen eischte, in
het midden van een1 Moskovitischen winter plaats hebben. Men weet, wat
gebeurde; het leger, overstelpt door koude, gebrek hebbende aan levens
middelen en kleederen, bestookt door de Russische troepen, aan wier
aanval het aanhoudend blootstond, kwam geheel 0111; er is in de geschie
denis van de legers, toebehoorende aan de machtige natiën van de bescha
ving, geen voorbeeld van zulk eene ramp. Een krijgsman van groot ka
rakter, een Alexander, een Cesar, een Erederik II, zou, indien hij den
misslag begaan had naar Moskou voort te rukken en zich door het enkele
feit van dien misslag verwonnen had gezien, slechts gedacht hebben aan
de redding van de braven, die hem zoover gevolgd hadden, en, Moskou
door de vlammen latende verteren, zou hij zich gehaast hebben den win
ter te voorkomen en zijn leger in veiligheid te brengen. Maar de koppig
heid, die onzinnig in opstand komt tegen de natuur der dingen, hield
Napoleon te Moskou tot het oogenblik, dat hij er niet meer blijven kon.
Deze psychologische eigenaardigheid zien wij weder te voorschijn treden
te Leipzig en te Waterloo.
Dus wist Napoleon den oorlog niet te voeren tegen eene opgestane
natie, die strategische combinaties ontdook, noch tegen een1 generaal, die,
volgens een vast plan, manoeuvreerde om hem af te matten en uit te
putten zonder zich-zelven in de waagschaal te stellenwant de nederlaag
lag niet in de eind ramp, die teweeggebracht werd door den spijt van de
onmacht, en waarvan de ontzettende omvang alle aandacht van andere