587 eenheid beeft behouden, die vele jaren en vele omstandigheden overleefd heeft? Zou het zijn door den roes van het krijgsgeluk? zeer zeker is dit groot geweest, maar de tegenspoed is nog grooter geweesten ofschoon de volkslegende denkbeeldig verraad heeft ondersteld om dezen te ver klaren heeft zij die rampen niet kunnen verwijderen uit de geschiedenis van haren held. Zoo de historische figuur van Napoleon niet dubbel was, ik wil zeggen, zoo hijterwijl hij door de gebeurtenissen de vertegenwoordiger en de Littré heeft in het September- en October-nummer (1869) van zijn tijdschrift een ander opstel aan Napoleon gewijd, waarin eene noot aangaande Marmont voorkomt, die waard is overgenomen te worden «Er heeft een terugkeer van onpartijdigheid jegens den maarschalk Marmont plaatsgehad, en de geschiedschrijvers hebben zich wel gewacht vertrouwen te schenken aan de aantijgin gen van het volk, al waren deze ook versterkt door het gewicht der beschuldigingen van den keizer. Men heeft gezegd, dat de betrekking, die, door de familie Perregaud, tusschen deu maarschalk en den onder de liberale partij machtigen Lafhtte bestond, niet zonder invloed op dezen terugkeer geweest is. Ik weet niet, wat hierin waars is, en ik geloof eerder, dat het onderzoek der feiten, toen dit ingesteld werd, bewees, dat Marmont, wel verre van de hoofdstad te hebben overgeleverd, haar tot het uiterste had verdedigd. Maar in allen ge valle, naast de aangeduide oorzaak van de verandering in het algemeen gevoelen, zoo zij werkelijk bestaat, is er eene geheel persoonlijke en geheel zekere. De maarschalk was in de Juli-dagen van 1830 heiast met de verdediging van het koning schap, en hij schoot ons dood in naam des lconings, gelijk hij zulks eenige jaren vroeger zou hebben gedaan in naam des keizers. Dit wekte hij de Parijsche bevolking een' afkeer tegen hem, waarin ik deelde. Hoe groot was dan ook mijne verbazing, ik zou haast zeg- geu mijne verontwaardiging, toen Arago in zijn getuigenis voor de kamer der Pairs, tijdens het proces van de ministers, zich een vriend van den verbannen maarschalk verklaarde. Vele jareu later bevond ik mij, ton huize van een' derde (ik meen, dat het de heer Rayer was) met Arago te zamen. Het was een man, die wonderlijk goed vertelde, en dien inen niet moede werd te hooren. Dien dag verhaalde hij ons, hoe zijne betrekking met Marmont was aangeknoopt geworden. De maarschalk was lid der Academie van Wetenschappen. Het toeval wilde, dat hij en Arago eens tot dezelfde commissie behoorden. Arago weigerde er deel van uit te maken. De maarschalk vergiste zich niet in de beweegreden; zich tot Arago wendende, zeide hij«Men veroordeelt de menschen niet zonder hen te hooren; wilt gij, dat wij een onderhoud hebben, waarin ik u de feiten zal uiteenzetten «Dat is rechtvaardig", zeide Arago. Het onderhoud had plaats; Arago werd de vriend van Marmont en was overtuigd, dat Parijs heldhaftig verdedigd was geworden. De hoofdzaak van dit verhaal is zeker; ik zon slechts kunnen dwalen aangaande enkele bijzonderheden, waaromtrent mijn geheugen niet volkomen getrouw zou kunnen zijn; want sedert is veel tijd verloopen, Arago is dood en ik hen oud." Tot zoover Littré. Toen, jaren geleden, de Gedenkschriften van Marmont verschenen, wijdde de Revue de Paris er een uitvoerig artikel aan. Ook de schrijver pleitte Marmont vrij van verraad en beriep zich, onder andere, op de vriendschap, die Napoleon's zoon, de hertog van Reichstadt, den maarschalk toedroeg. Fr.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1870 | | pagina 597