603 ter onze meening bevestigen, [k noem liet onverantwoordelijk gehandeld, zich met eene zoo ontzaglijke troepenmacht in eene vesting te werpen. Nog onver- antwoordelijker wordt dit, wanneer de veldtocht nauwelijks begonnen is. En dit was hier het geval. Bazaine had in Metz niets te doen. Zijne plaats was aan de zijde van Mac Mahon en de anderen. Men moest het geweten hebben, dat de Pruisen, ook in den oorlog van 1866, zich voor geen vesting ophielden. Olmiitz, Josefstad, Königgratz en alle andere groote en kleine versterkingen liet men ongemoeid. Het vijandelijke leger was de hoofdzaak. Zoodra was dit niet geslagenof het was ook met den veldtocht gedaan. Aan eene verdediging van Weeneu daeht men niet. Men wilde de hoofdstad niet aan een bombardement blootstellen. En toch schijnt men in Frankrijk nergens ernstiger op bedacht geweest te zijn, dan zoo spoedig mogelijk alle groote en kleine vestingen van een zoo groot mogelijk getal troepen te voorzien. Maar elk bataillon, dat men naar Straatsburg, Thionville, Metz, Pfalzburg enz. zond, miste men later op liet slagveld. Mogen wij de tot ons gekomen tijdingen vertrouwen, dan lag het ook inliet plan der Duitschers, om het fraïische leger voor een gedeelte in Metz te wer pen en daar vast te houden; want in Metz deed het minder kwaad dan huiten vereenigd met Mac Mahon, Ulrich en andere veldoversten. Men mag niet over het hoofd zien, dat Koning Wilhelm, na den val van Metzzijne beide prinsen tot maarschalkenen von Moltke tot graaf verhief. liet militair genie dezer mannen heeft, in een betrekkelijk korten tijd, veel verricht. Nu het laatste groote bolwerk van Frankrijk in 's vijands handen is, kan men een gedeelte van het observatiecorps naar elders dirigeeren. Wij verwachten dan ook dat de Beieren en andere troepen naar Vogel von Falkenstein of naar den kant van Parijs zullen gezonden worden. In ieder geval zal de strijd om Parijs niet lang duren. Van alle zijden in gesloten en tot zijne eigene hulpmiddelen beperkt, kunnen wij over eene maand verwachtendat het zich zal overgeven. Daartoe zal minder de zwakheid van de jonge Parijsche republiek, dan de tweedracht bijdragen, welke, reeds lang gezaaid, in de straten van de geteisterde stad, uit de woningen der gegoede middenklasse zal opschieten. Met het woord de'ckéance op de lippen, zal men de regeering noodzaken aan den strijd een einde te maken. De vijand gaat intusschen voortzich in de fransche provinciën te nestelen en daar voor de verpleging van zijne troepen te zorgen. Aan niets gebrek lij dende, heeft hij niet veel haast, en kan hij rustig afwachten wat Parijs nog, in het vervolg, van plan is te doen. Orleans is genomen, generaal Vinoy, met het leger van de Loire, is geslagen; weldra zal Frankrijk, behalve de armee van Lyoït, geen leger meer bezitten. Moeten wij den heldenmoed van de troepen steeds bewonderenwij kunnen deze bewondering niet overdragen op zekere partijdie tot het uiterste opgewonden

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1870 | | pagina 613