56
Natuurlijk moeten de schepen, zoo men in hoogen nood tot zoodanige
versperring overgaat, behoorlijk geballast worden, zoodat ze goed vastlig
gen; in den Amerikaanschen oorlog bezigde men daartoe, behalve steenen,
puin, zand en dergelijke, zelfs blokken gietijzer.
Omtrent de versperring met palen lezen wij in von Scheliha's werk
menige bijzonderheid. Ons bestek gedoogt niet, die bijzonderheden hier
te vermelden; zij zijn bovendien meer van gewicht voor de ingenieurs dan
voor de officieren in het algemeen. Wij bepalen ons dus tot de opmer
king dat bij houten paalrijen de paalwormen bij ijzeren de hooge kos
ten, een groot bezwaar tegen de aanwending blijven.
Het gebruik van kettingen, verbonden aan en drijvende op houten
balken, werd in den Amerikaanschen oorlog meermalen toegepast, doch
niet altijd met gunstig gevolg; dergelijke versperringen werden soms dooi
den stroom, soms door een springlading vernield, en zouden vermoedelijk
toch den vijand niet hebben tegengehouden.
Hetzelfde bezwaar ontmoet men ook bij vlotten, die veelal niet bestand
bleken te zijn tegen den golfslag of tegen den druk van drijvende voor
werpen boomstammen, drijfhout die zich daartegen opstapelden.
Men is in Amerika dan ook tot de slotsom gekomen, dat //de samen
stelling eener drijvende versperring, die weerstand kan bieden aan de
werking van stroom, wind en golfslag vereenigd en tevens aan den her
haalden schok van een of meer vaartuigen, eene onmogelijkheid is; niet van
technischenmaar van financiëelen aard."
Verscheidene voorbeelden zijn er, dat stoomschepen opgehouden zijn door
touwen, trossen, netten en dergelijke, die, in het vaarwater aanwezig doch
voor den vijand onzichtbaar, zich om de raderwerken of schroeven wikkel
den en aldus de beweging moeielijk of onmogelijk maakten. Zoodanige
versperring, die natuurlijk slechts in oorlogstijd kan worden gesteld, kan
veel nut stichten en kost betrekkelijk zeer weinig. Voldoende kan men
haar alleen niet noemen, want zoo zij al een paar vijandelijke schepen
builen gevecht kan stellen, eene geheele vloot houdt zij niet tegen.
Von Scheliha geeft in overweging, de voordeelen die de reeds genoemde
soorten van versperringen elk afzonderlijk bezitten, te vereenjgen door de
samenstelling eener versperring uit vlotten, touwen en torpedo's. Hij
wenscht daartoe te doen aanmaken dus reeds in vredestijd eene groote
hoeveelheid houten, holle, met ijzer beslagen gelijkzijdige driehoeken van
5,40 el zijde, die, zoo de versperring gesteld moet worden, in korten tijd
in het vaarwater kunnen geplaatst worden, en, onderling goed verbonden
en verankerd, veel wederstand kunnen bieden, indien zij geplaatst worden
in vier boogvormige (met de bolle zijde naar buiten gekeerde) evenwijdige