104 front aan de zijde der groote rivier, vijf of zes rijen van piketten voorziene wolfskuilen te voorzien. Dit laatste omslachtige werk werd op voorstel van den generaal Jumel gelast, die een zoo groot voorstander van wolfskuilen was, dat hij den bouw van de caponière, waarvan het nut door de inge nieurs algemeen werd erkenddaarvoor deed uitstellenen zulks niettegenstaande de majoor Schultze betoogde, dat de kuilen even veel na- als voordeelen hadden, omdat zij den vijand, eenmaal met hunne ligging bekend zijnde, gelegenheid tot bedekte nadering dei- versterking gaven. De kuilen werden echter op betoog van den majoor Schulze, in strijd met het oorspronkelijk plan, op 1.20 el afstand van de Slokkan geplaatst, ten einde een vrijen weg voor het uitzenden van nachtelijke patrouilles en het doen van uitvallen open te houden, en den vijand zooveel mogelijk te beletten, zich daarin vlak onder de wallen der redoute te verschuilen. Middelerwijl was alles te Batavia weder tot den gewonen loop van zaken teruggekeerd; en men scheen dit jaar zoo weinig eenen vijandelijken inval te verwachten, dat bij besluit van 4 Juli de bepaling omtrent den beperkten voorraad drinkwater buiten werking gesteld werd, en men overal zijn best deed, om de verwaarloosde gemeenschap weder te herstellen. Ook werden de verbeteringen van het' kampement en de soldaten-kwartieren te Weltevreden, door Daendels in het vorige jaar begonnen doch in Maart gestaakt, weder met kracht voortgezet. Evenwel had op den 5d™ Juni 1S11 bij Saleira op de Bautam- sche kust een kort gevecht plaats tusschen de bemanning van een engelsch linieschip (de Minden, commander Hoave), welke waar schijnlijk om te ververschen en water in te nemen gedebarkeerd was, en een bataillon van het 2C regiment linie-infanterieonder de be velen van den luitenant-kolonel Grashuis. Laatstgenoemde verdeelde zijn bataillon in drie kolonn.es, om van even zoovele zijden aan te vallendoch door het een of ander toeval kwam alleen de door hem gekoramandeerde kolonne bij den vijand aan, terwijl de tweede, te vroeg ontdekt zijnde, na eenige malen gevuurd te hebben, moest retireeren, en de derde nimmer de aange wezen plaats bereikt heeft. Door deze omstandigheid verloor Grashuis veel volk en was hij genoodzaakt terug te trekken. Het verlies was echter aan weerszijden gelijk, en de Engelschen scheepten zich onmiddellijk weder in. Daar echter de Minden steeds bleef kruisen, begon men voor eene

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 111