112 zich, na den brand der magazijnen, die nog steeds voortduurdege stuit en de stad verkend te hebben, in het stadhuis. Eerst daarna kwam de kolonel Gillespie des avonds met nog een gedeelte der voorhoede, ten getale van 800 man, in de stad. Middelerwijl had lord Minto een parlementair naar Janssens ge zonden met eene sommatie tot overgave der kolonie. Deze kwam 's avonds terug met een weigerend antwoord, doch deelde mede dat hij, hoewel geblinddoekt, eene groote troepenbeweging in het fransche kamp bespeurd had. Dit bericht, in verband met eenige andere aanwijzingen, deed het vermoeden ontstaan, dat de Eranschen des nachts de stad zouden aanvallenzoodat de Engelschen om op alles voorbereid te zijn, hunne troepen des avonds in alle stilte op het plein voor het stadhuis onder de wapens deden komen. Nauwelijks waren deze voorzorgen genomenof de Eranschen ver schenen voor de stadspoorten de officier van de wacht had nauwe lijks den tijd om de brug op te halen, toen van weerszijden het vuur geopend werd. Het fransche detachement bestond echter slechts uit eenige jagers en een peloton kavallerie, waarmede de luitenant kolonel Godère eene verkenning deed, en week terstond terug, toen Gillespie een uitval uit eene der zijpoorten deed. Hoewel de nacht verder rustig voorbijgingbleven de engelsche troepen onder de wapens. De Engelschen vonden in het arsenaal in de stadalsmede in het kasteel, een grooten voorraad stukken geschut en ander oorlogsma- terieel, terwijl het buskruitmagaziju door een maleier in brand gestoken werd en in de lucht vloog. Eerst nadat op den 9<ieQ Augustus de brug over de Antjol dooi de Engelschen hersteld en voor den overtocht van geschut geschikt gemaakt, en daardoor alzoo de verbinding tusschen de landingsplaats Tjilintjing en Batavia tot stand gebracht was, kwam de geheele lan dingsdivisie binnen de stad, terwijl de voorhoede, ongeveer 1000 Europeanen en 450 inlanders sterk, onder aanvoering van Gillespie in verband daarmede des middags om 4 uur in alle stilte over Molenvliet op marsch ging naar Weltevreden, alwaar de eerste ont moeting met het fransche leger plaats zou vinden. Intussehen was den Augustus de brigadier von Lützow naar Poeloegadong gezonden, om aldaar het kommando van den kolonel Metman over te nemen, terwijl de kolonel der genie Staren burg, welke zich reeds den 4^™ Augustus naar Meester-Cornelis had be geven, aldaar de eenigen tijd te voren geopende opstoppingen in

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 119