170 ingenomenhad de generaal Jumel door verhakkingen op den grooten en den karreweg, waarachter de stukken geschut opgesteld werden, alsmede door eene coupure dwars over beide wegen laten versterken. De verhakking was echter met weinig kennis van zaken daarge- stelddaar zij de stukken geschut zoodanig maskeerdedat de kanon niers den vijand niet tijdig genoeg konden ontdekken. Evenwel zou de stelling hoewel nooit zoo sterk als onderscheiden andere, welke men dicht bij de stad had kunnen innemen en vooral oneindig zwakker daii de posten bij de tolbrug van Antjol, welke men zonder slag of stoot verlaten had, toch nog zeer goed geweest kunnen zijn, daar de rechtervleugel behoorlijk tegen de Slokkan aangeleund was.; doch men had verzuimd, het terrein tusschen den linkervleugel en de groote rivier, dat overal bebouwd en dicht met boomen beplant was te bezettenen zich alleen bepaald tot het verbranden van de brug over genoemde rivier. Bij dit verzuim en het daaruit voortvloeiend gevaar om overvleu geld te worden, kwam nog een veel grooter, namelijkdat men door het verbranden der bruggen over de groote rivier, zoo bij Weltevreden .als bij Matraman, alle gemeenschap met gene zijde der rivier ver broken had, zoodat de vijand, indien hij het korps bij Weltevreden slechts bezig hield, met zijne hoofdmacht gemakkelijk langs die zijde naar Kampong Malajoe, (dat gedurende vier dagen niet alleen geheel onbezet was, maar zelfs niet eens door patrouilles bezocht werd), had kunnen oprukkenaldaar onbemerkt de rivier had kunnen over trekken, en alzoo de positie van Meester-Cornelis aan de zuidzijde had kunnen overvalleu of althans het hoofdkwartier van Janssens en zijnen staf had kunnen oplichten. Daar de Engelschen echter geene, dan zeer algemeene mededee- lingen omtrent onze stelling hadden, en een hoogst overdreven denkbeeld omtrent de sterkte der fransche krijgsmacht koesterden, bleven zij de grootste omzichtigheid in acht nemenen waagden het niet hunne voorhoede te laten vooruitrukken, vóór dat het gros van het leger in Batavia bijeenverzameld en zoodanig geplaatst was, dat het dadelijk ondersteuning kon bieden. De voorhoede, welke in den middag van den 9den Augustus Batavia verlaten had, viel den KD™ bij het aanbreken van den dag op de stelling der fransche troepen bij Weltevreden aan, en werd, zoodra zij onder het bereik der op den weg geplaatste stukken kwam, door een hevig schrootvuur begroet. De vijand beantwoordde dit vuur met dat van één 12- en twee 6®ers, stak de voor de stelling

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 177