187 De geleidbaarheid is daarenboven volkomen voldoende; een onder- zeesche ijzeren kabel 800 mijl lang, en met een östreep dikke ziel en een 2streep dik omhulsel, geeft 8 a 10 woorden per minuut. Het koper is, tot dunne draden uitgerekt zeer bros, en de soldaat kan daarmede onmogelijk de vlechtingen maken, bij de verbinding van twee kabels vereischt. Men heeft reeds verschillende kabelsoorten beproefd. In Pruisen beproefde men den kabel, die bestemd was om door de Middellandsche zee de gemeenschap tusschen Italië en Afrika daar te stellen. Deze, met een metalen spiraal omwonden, was veel te zwaar. In Frankrijk beproefde men achtereenvolgens verschillende kabel soorten. Een bruine zeer dunne kabel van 4 streep middellijn, samenge steld uit 4 stalen draden, in eene scheede van gutta-perchagestoken, welke laatste door eene geteerde vlecht beschermd was, bood aan de trekking weerstand genoeg, maar hij werd bros, zoodra er een draai inkwam, terwijl de gutta-percha-scheede bij drukking plat raakte en afschilferde. In 1866 gebruikte men bij de proeven te Vernon een zwarten kabel, bestaande uit een koord van 5 stalen draden, spiraalsgewijze omwonden met een koord van geteerd katoenwelk geheel in eene scheede van gutta-percha besloten was, wederom door eene geteerde vlecht beschermd. Deze voldeed minder dan de eerste, daar hij bijna dezelfde gebreken had en daarbij veel zwaarder was. In het kamp van Chalons gebruikte men in 1866 een ieigrijzen kabel, die 35 pond per mijl woog, en 320 francs de mijl kostte. De geleidende ziel bestaat uit 5 draden van goed gegloeid koper, omringd met een spiraal van wit katoen, die het koper scheidt van de gutta-percha-scheede, welke, bij aanraking, ontbinding of oxydatie zou kunnen veroorzaken. De scheede is eerst met werken dan spiraalswijze omwonden met een dubbelen katoenen band, die bestreken of bepleisterd is met gevul- caniseerd caoutchouc. Deze kabel geleidt den stroom zeer goed, wordt weinig door raden of hoeven beschadigd, doch de middellijn is te grooten hij biedt aan trekking geen genoegzamen wederstand, daar 40 pond reeds den kabel doen breken. Daarom loopt men gevaar, dat bij eenige sterke rekking het in wendige koperdraad breekt, in welk geval men moeite zal hebben de breuk uitwendig te ontdekken. Daarenboven is het koper zacht

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 194