198 Bij het verder oprukken van het IIIe leger naar Chalons bleef de 4e kavallerie divisie in de voorhoede en had het de opdracht, de bewegingen der duitsche troepen voor den vijand te verbergen, hem omtrent de ware marschrichting te misleiden, en hem tevens te ver ontrusten. Door een gedurig heen en weer rijden alleen kon gemeenschap tusschen de verschillende, mijlen ver verspreide ruiterdetachementen gehouden worden. De flankdetachementen stonden b. v. op een dezer marsch- dagen bij Bar-le-Duc en bij Joinville, waardoor noodzakelijk den vijand de juiste route van het IIIe leger onbekend moest blijven. Ge vangene fransche officieren hebben later verklaard, dat men bij hen gemeend haddat het IIIe leger op marsch was naar Metz, en dat de ulanen der 4e divisie tot flankdekking in het westen gediend hadden. De spits der divisie vond meermalen kleinere fransche detache menten die den spoorweg naar Chalons moesten dekkendeze werden echter verdreven. Van de 10^ (lichte) kavalleriebrigade werden reeds den 22stea Augustus eenige escadrons over St. Dizier vooruitgeschovenzoodat de divisie daags daarna deze stad binnentroken den 24sten naar Vitry marcheeren konwaar eene sterke bezetting van mobiele garden en artillerie lag, die echter bij het naderen der kavallerie-divisie aftrok en de stadmet achterlating van eene belangrijke hoeveelheid geschut, prijs gaf. Terwijl de divisie te Vitry nadere bevelen afwachtte, marcheerden 2 escadrons van het he regiment dragonders naar Chalons; men verwachtte n. 1. bij deze plaats eene concentratie der fransche troepen De beide escadrons vonden echter den 23sten en 24sten de stad en het geheele terrein tot Chalonseven als ook het zeer luxueuse kamp onbezet. In de dorpen le grand et le petit Mourmelon hoorden de dragonders, dat de Franschen in de richting van Reims waren afgetrokkenwaarna de beide escadrons zich derwaarts op marsch begaven. De divisie trok den 25sten Chalons binnen, en zond een detache ment van het llc regiment ulanen naar Epernay, terwijl de overige flankdetachementen ingetrokken werden, daar thans zekerheid ver kregen was, dat de Franschen in het noorden slag zouden leveren. De IITe en IV<= (het nieuw georganiseerde Maasleger onder den kroonprius van Saksen) duitsche legers staakten thans hun directen marsch op Parijs en wendden zich noordwaarts, terwijl de 4e ka vallerie-divisie den marsch der beide legers moest dekken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 205