200 Een dichte, zware nevel belemmerde elk uitzicht, en de dorpen konden zelfs eerst herkend worden, wanneer men zich er vlak voor bevond; in eenigen werd nog fransche infanterie aangetrolfendie gevangen genomen werd. De duitsche dragonders en husaren gaven zich niet eens de moeite om eerst om de dorpen heen te rijden, maar stegen van hunne paarden en drongen met de karabijn in de hand het dorp binnen. Het gevecht van den kavallerist te voet kwam hen hierbij wel te stade, en zij herinnerden zich nu met genoegen de voor hen verve lende uren, op het exercitieplein in het garnizoen doorgebracht. Toen de nevel optrok, bevond zich de spits cler divisie zoo dicht onder de wallen van Sédan, dat men gedwongen was eene aehter- waartsche positie in te nemen. Om 6Va uur 's morgens verzamelde zich de 4e kavalleriedivisie bij Tresmoyen; van daar tusschen Sédan en Mezières gemarcheerd hebbende, bezette zij eene hoogte bij Donchery, van waar de beide batterijen rijdende artillerie op eenen afstand van 4500 passen den vijand bij Eloing moesten beschieten. Om de noodige élévatie te krijgenmoest men hierbij den staart van de affuit ingraven. Tot 2V2 uur 's middags bleef de divisie, door een boschje gedekt, bij Donchery, en kreeg toen last, om naar Eleigneux in den rug der oorspronkelijke fransche positie voortterukkenwaartoe mende Maas volgend, langs de steile begroeide oevers moest marcheeren. Het hoofd der kolonne bevond zich reeds in Mongs, terwijl de staart der geheele divisie nog bij St. Albert wastoen eene afdeeling fransche kurassiers de voorhoede aanviel. Een escadron van het 10e regiment ulanen nam den aanval dadelijk door eenen tegenaanval open met zooveel succesdat slechts weinige der fransche kurassiers ontkomen konden. Een hoofdofficier en 20 kurassiers werden ge vangen genomen en 40 paarden buit gemaakt. Toen de divisie bij Eleigneux aankwam was alzoo het doel bereikt n. 1. den Eranschen te toonen, dat ook die uitweg versperd was, en kreeg de divisie bevel, om de straatwegen naar België te bezetten, zoodat geen geregelde fransche afdeeling daarheen ontwijken kon. Na de capitulatie van Sédan werd de 4e kavalleriedivisie tot bewaking en transport der gevangenen en paarden gebezigd. Den 7del1 September moest de 10e (lichte) brigade met de beide batterijen van Sédan wederom naar Eeims marcheeren, en ging zij van daar verder over Epernay, Provins en Nangis naar de Seine, ten zuiden van Parijs.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 207