15
En dit weet men te Londen en St. Petersburg even goed als in alle
andere hoofdsteden van Europa.
Of moet het ons niet achterdochtig tegen Frankrijk maken, dat de heer
Thiers onverrichter zake van zijne zendingdoor hem-zelven op touw ge
zet, uit Engeland en Rusland terugkeerde, ja, dat de koning van Pruisen
insgelijks geen ander middel om tot den vrede te geraken kende dan
het woord onderwerping
V oorwaarnog nooit is een volkom zijne misstappenzoo geducht
gestraft als het fransche; nog nooit heeft de wereld dit schouwspel met
een meer ondubbelzinnig leedvermaak aanschouwd dan ditmaal.
Zoo treurig dit is, zoo waar is het tevens. Moge deze gevoelige les
aan het vernederde Frankrijk tot waarschuwing strekken
"Voorshands schijnt men zich echter niet daaraan te willen of te kunnen
storen. Het comité van verdediging, zooals zich de woordvoerders van de
parijsche republiek noemen, heeft, bij wijze van proefneming, de Parijze-
naren naar de stembus gezondenom te zien hoe men dacht over de
republiek, die reeds de macht in handen had. Het natuurlijk gevolg
hiervan was, dat de groote meerderheid voor haar stemde.
Wie zal nu willen beweren, dat de menigte hierbij geheel zonder in
stigatie, dus vrijwillig, hare stemmen uitgebracht heeft? En wanneer men
in der tijd gelijk had, van het eerste plebiscit een wassen neus te noe
men, heeft men dan thans ongelijk, wanneer men hetzelfde beweert?
Want, neemt wel in acht, dat eene volksstemming, zooals Napoleon
III haar in het uitgestrekte Frankrijk deed plaats vinden, veel moeilijker
te leiden wasdan diewelke de ultra-republikeinsche partijmet hare
vele organen, in het door den vijand ingesloten, opgewonden Parijs uit
schreef. "Vergeet verder niet, dat het eerste plebiscit zijn uitslag hoofd
zakelijk aan de werkzame bevolking van het platte land dankte, en de
uitgebrachte stemming alzoo uit den boezem des volksgedurende den
diepsten vrede en na een roemvol verleden van bijna twintig jaren, op
rees; terwijl nu het door wilde hartstochten bewogen, van verraad en
verraders droomende, altijd even opgewonden en naar verandering hakende
Parijs alleen naar de stembus snelde.
En toch hadden nog 49,000 mannen den moed, de republiek af te
keuren. Bedriegen wij ons niet, dan zijn dit de meer gegoede inwoners,
welke veel te verliezen, maar weinig te winnen hebben.
In geen geval is het derhalve bewezendat geheel Parijs republikeinsch
denkt, en zul het nog te bezien staan, wat men, elders in Frankrijk, bij
eenig nadenken daaromtrent zal' zeggen.
Ik moet mij zeer bedriegenwanneer zich niet nu reeds binnen Parijs
het ProudJionscJte mottoneigendo% is diefstal" voorbereidt tot den strijd
tegen het motto van Gnizot: nliet recht op den eir/endom."