255
den onderwijzer, zou dus de school bevoordeelen door ze van zoo
danige hinderlijke elementen te zuiveren. Bij de weinige gelegen
heid tot bevordering bij het kader tegenwoordiggeloof ik niet, dat
dit alleen een voldoende prikkel tot opwekking van den ijver der
belanghebbenden is, en zoude het dunkt mij, dienstig zijn, om hun
aangenamere uitzichten te openen, bijv. de bekwaamste en oppas
sende onderofficieren gelegenheid te geven in lands burgerbetrekkin
gen over te gaan (zooals in Nederland); dit zou den stand verhellen
en de bevordering verbeteren. Het opwekken van den ijver tot het
onderwijs-zelf behoort tot den werkkring der onderwijzers.
b. Onderwijzers.
Hierover valt zeer veel te zeggen; de vorderingen der leerlingen
toch worden veelal en geheel ten rechte toegeschreven aan de meerdere
of mindere geschiktheid der onderwijzers (ik gebruik het woord ge
schiktheid, omdat bekwaamheid van veel minder gewicht is en voor
een groot gedeelte in de uitdrukking geschiktheid opgesloten ligt).
Bij de verhandelingen der 2e kamer, gedurende het zittingsjaar
1867/6s, kwam het militair onderwijs mede ter tafel, en eenige le
den der volksvertegenwoordiging ijverden zelfs zeer, om het te doen
begrijpen onder de besproken wordende nieuwe wet op het middel
baar en lager onderwijs, of het althans bij eene bijzondere wet te
regelen, ten einde ook dat onderwijs toegankelijk te maken voor de
commissie van toezicht; dit is echter niet geschieden hierom trachtte
de heer J. E. D. Engelhard, oud indisch officier, in een welgeschre
ven artikel het noodzakelijke aan te toonen van een toezicht door
deskundigen op het onderwijs en de onderwijzers in den militairen
stand; zijn oordeel omtrent de laatsten vooral is in de meeste op
zichten zeer juist.
De betrekking van onderwijzer is een der moeilijkste in de
maatschappijbijna geen andere stand vordert eene zoo nauwgezet
te opleidingzoo uitgebreide kennisjarenlange oefening wordt ter
zijner vorming vereischt; daarenboven eigenen zich slechts zeer
weinige karakters tot het geven van wetenschappelijk onderwijs. De
militaire onderwijzer moet den eersten regel der krijgstucht //onvoor
waardelijke en onmiddellijke gehoorzaamheid," waarvan hij zoowel
als zijne leerlingen doordrongen is, op de school wegdenken, om
de wetenschap te kunnen verklaren. Hij moet weten af te dalen tot
de verstandelijke laagte van zijn leerling, die tevens zijn materieel