276
Daar intusschen den Uien September ook de hulptroepen van
Djokdjocarta aangekomen waren, bestond nu de sterkte van het fran-
sche leger uit het legioen van Prang Wedono 1400 man
het samarangsche legioen (kolonel von Pranquemont) 800
het garnizoensbataillon van Samarang, meest invaliden,
(kolonel Haswach)150 n
de hulptroepen van Solo2500
die van Djokdjocarta2500
piekeniers uit het regentschap Samarang1000
te zamen 8350 man
infanterie en kavallerie door elkander.
Deze troepen waren als volgt verdeeld
Het front naar Samarang was bezet door het legioen van Prang
Wedono (1000 infanteristen, 200 kavalleristeu, 2 stukken rijdende
artillerie en 200 man lijfwacht) en stond onder de bevelen van
den prins, bijgestaan door luitenant-kolonel Smit en onderscheiden
van de met Starrenburg aangekomen officiereu. Dit legioen bezette
de voorposten en zond, zoolang Samarang niet bezet waspatrouilles
uit tot bij die stad en later tot aan den weg naar Bodjong. Het
front werd verdedigd door 12 stukken geschut van 8-, 6- en 3®;
de beide eerste soorten geplaatst op de uitstekende hoogten van
waar men den weg kon overzien, en de laatste in de kloven naast
den weg', waar langs de vijand het best zou kunnen nadereij.
De stukken werden, onder kommando van de Groot en Smit, bediend
door eene zwakke kompagnie, meest invalide artilleristen tot het
garnizoen van Samarang behoorende, en door de 20 Boeginezeu van
Meijer.
De toegangen tot de stelling langs den nieuwen en den ouden
weg, alsmede door de bergkloven, waren met friesche ruiters en
steenen traversen gesloten.
Over dag werden de voorposten en batterijen slechts met de
noodige schildwachten bezet, doch des nachts rukte het geheele
legioen van Prang Wedono er in. De prins was steeds zelf bij het
uitzenden en binnenkomen der patrouilles aanwezig. Zijne beide stukken
rijdende artillerie stonden onder de bevelen van den len luitenant
Beauchat, werden door eenige europesche en iulandsche soldaten
bediend en eiken avond achter de friesche ruiters opgesteld.
De tweede linie, omtrent 1000 el achterwaarts gelegen, bestond in
het centrum uit het samarangsche legioen en het garnizoens-batail-
lon. Op den rechtervleugel stonden, onder bevel van den kolonel