280
zijne manschappen weder bij elkander en tot staan te brengen, door
zijn eigen volk vermoord.
Onderwijl werd ook het fort Oenarang door de bezetting verlaten,
en kon de luit.-kolonel Durig, die het met twee invalide officieren
verdedigde, na de stukken vernageld te hebben, ter nauwernood
door eene achterpoort ontsnappen.
De brand van het dorp Oenarang en de hooge stand der opge
stopte rivier bemoeielijkten echter den Engelschen het oprukken,
belette hun, artillerie en munitie vooruit te brengen, en gaf
den brigadier von Lützow alzoo tijd, om met 2 stukken rijdende
artillerie en het overschot der officieren terug te trekken naar de
positie aan de Toentang, alwaar hij omstreeks 8 uur in den namid
dag doodelijk vermoeid aankwam. Hij was door den vijand tot paal
18 vervolgd, en had daarbij nog vele officieren, waaronder de kolonel
Starrenburg, die gevangen genomen werd, verloren.
Aan de Toentang vond Lützow buiten de bezetting der batterij,
bestaande uit 20 kanonniers, niet meer dan. 40 officieren van alle
rangen, echter door hunne troepen verlaten, benevens eenige euro-
pesche dragonders en de twee stukken rijdende artillerie. Prins Prang
Wedono en twee zijner zonen, offioieren van zijn legioen, bevonden zich
bij Janssens, die met het hoofdkwartier naar Salatiga gevlucht was.
De officiereu in de batterij van de Toentang bevonden zich in
een allerhachelijksten toestand, doch besloten zich tot het uiterste
te verdedigen, en nadat daartoe voorposten uitgezet en verdere voor
zorgmaatregelen genomen waren, zond von Lützow een officier naar
Salatiga, om Janssens met een en ander in keunis te stellen en
bevelen te vragen.
De laatste zond tengevolge van dien den brigadier von Winckel-
man naar den géneraal Auchmuty, om eenen wapenstilstand voor te
stellen, ten einde wegens de finale overgave van Java te onderhandelen.
Winckelman trof Auchmuty aan in het huis van een inlandsch
hoofd te Oenarang, het eenige dat door de vlammen gespaard was.
De wapenstilstand werd voor 24 uren, ingaande den I7ii;n September
des morgens om 6 uur, toegestaan.
De brigadier von Winckelman met deze tijding des morgens op
Salatiga teruggekomen zijnde, werden de chef van den staf brigadier
H. M. de Koek en de luitenant-kolonel adjunct van den staf de la
Chapelle onmiddellijk naar het engelsche hoofdkwartier afgezonden,
voorzien van de noodige instructiën tot het sluiten eener capitulatie.
Hoewel men, den vijand met den verlaten en weêrloozen toestand