hoofdkwartier was gevoegdwaar hij over het noodige aantal ketting ganger kon beschikkenwas het hem mogelijk om daar een veld hospitaal te bouwenwaar den geblesseerden de eerst-noodige hnlp kon verleend werdenen van waar zezoo noodignaar het op drie paal verder gelegen Gelong Saktie, waar zich de officier van gezond heid le klasse J. T. Bosmans bevondwerden overgebracht. Nadat Tebat Seroet door de Pasoemahers verlaten waskeerde de officier van gezondheid 3e klasse Zuur met de hoofdkolonne naar Gelong Saktie terug, en bleef de officier van gezondheid 3? klasse Couwenberg te Tebat Seroet achter bij de troependie het kampement en de pas verlaten doesson moesten bewaken. Lotsverbetering van den oudgedienden militair heneden den rang van officier. Eenigen tijd geleden werdtengevolge eener aanschrij ving van het departement van oorlog, door den wnd. afdeelings-kom- mandaut alhier, aan de korpschefs de vraag gesteld in hoeverre het noodig werd geacht, in de positie van oudgedieude militairen beneden den rang van officier, der verschillende landaarden, verbetering te brengen door middel van soldij verhooging, en aan welke categoriën van die militairenen tot welk bedragdie zou moeten worden toegekend. Deze vraag is van het hoogste belang, en heeft mij geleid tot de volgende beschouwingen. Ik ga daarbij van de stelling uit, dat men door een //oudge- diend" militair moet verstaan iemanddie als europeesch soldaat 16 of, als inlandsch soldaat, 20 achtereenvolgende jaren trouwen dienst heeft; en dat soldij verhooging alléén niet voldoende is, om de positie van den oudgediende te verbeteren. Mijne eerste stelling berust daarop, dat expeditiën, drukke eu zware diensten, en de vele ziekten, die in een tropisch klimaat den soldaat afmatten,, niet buiten rekening gelaten mogen worden. Heeft nu den soldaat dien diensttijd bereikt, dan moet zijne positie zoodanig verbeterd zijn, dat hij met gerustheid zijn gagement tegemoet kan zien, in de overtuiging, dat hij daarmede voor kommer en gebrek beveiligd is. Omtrent de soldijverhooging en noodig geachte verbeteringen wordt achtervolgend het onderstaande opgemerkt. De soldijen der sergeanten, fouriers, korporaals en soldaten der 326

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 333