339
In het kort, zij streeft naar een edel doel: één gelijk recht voor
allen, ten recht gegrond op de rede en de menschelijkheid.
Doch er is ook eene droevige keerzijde aan de medaille, en wel,
dat bij de meerdere ontwikkeling des volks en ondanks de meer
dere beschaving, het gevoel van zedelijkheid, van moraliteit, niet in
gelijke mate toeneemt.
Het godsdienstig gevoel is, vooral in de latere tijden, door de
mannen der wetenschap, door onderzoek, door het streven naar de
waarheid en ook door andere oorzaken op ernstige wijze aangetast en
geschokt; en daar de godsdienst nog de voornaamste bron der zede
lijkheid was, kan men aannemen, dat ook deze afneemt en verzwakt.
Wij zien scherpe vernuften hun talent misbruiken, om de hande
lingen van het gezag voortdurend te gispen en in een ongunstig
daglicht te stellen.
Niet altijd staan waarheidsliefde en belangeloosheid daarbij op den
voorgrond, en menig woord doet, even als menige daad, onwillekeurig
aan de spreuk denken: «ote-toi de laafin que je my mette."1
Het vernuft heeft altijd gretige ooren gevonden; wegslepende,
boeiende taal, schoone woorden vinden nog steeds een toejuichend
publiek; of er de waarheid in ligt wordt dikwerf over het hoofd
gezien, mits men slechts bedacht zij in den geest der toehoorders
te vallen.
Verkondig bijv. heden en morgen, of met eenige tusschenruimte
twee lijnrecht tegenoverstaande stellingen, {Iraag echter zorg in beide
van miskenning der rechten van den mensch te gewagen, wier ver
dediging ge op u neemt, vergeet vooral niet het bestaande af te
keuren en eenige minachting te doen blijken voor het talent en de
geschiktheid van anderen in de eerste plaats van degenen die
gezag voeren en ge kunt in beide gevallen nagenoeg zeker zijn
van een ongehoord succes bij een groot deel van het publiek.
Wij zien er, die, om hun doel te bereiken, voor niets terug
deinzen. die bijv. aan de menigte eene vrijheid voorspiegelen, die
onbestaanbaar is met de natuurlijke wetten der samenleving en in
strijd met de onmisbare orde in een gevestigd staathuishouden; een
onbereikbaar idéaal, even dwaas na te jagen, en even onmogelijk te
bestendigen, als in het laatst der vorige eeuw het fransche "liberté
negalitéfraternitér
Daarbij komt, dat de beschaving in de standen des volks niet
gelijkmatig doordringt en dat, over het algemeen, de lagere klasse
in eene ruime mate van onwetendheid en ruwheid blijft voortleven.