1596 zindelijk gekleed en gewasschen verschijnen? Volgens den inhoud der straks genoemde algemeene order mag het bezoeken der scholen niet verplichtend gemaakt worden. Dientengevolge kunnen zij ook niet na een behoorlijk appel en inspectie, en onder geleide naar de school gebracht worden. En merkten wij reeds nu dikwijls op, dat Europeanen hunne kinderen van het schoolbezoek terughielden uit gebrek aan eene voegzame kleeding, clan zal zulks met de kinderen van inlandsche soldaten, bij het kleine tractement der vaders, zeker nog vrij wat veelvuldiger voorkomen soms zelfs zal dat gebrek worden aangegrepen als een voorwendselom de kinderen van het school gaan terug te houden. En om al die redenen gelooven wij dat, ten minste hier te lande, het ouderwijs der kinderen van inlandsche, en in de meeste gevallen ook van Europeesche, mindere militairen moet blijven in den boezem van het leger, terwijl wij, ten einde het daar te geven ouderwijs aan te moedigenhet recht te verkrijgen die kinderen aan orde en tucht te onderwerpen, en den soldaat zoo veel te meer blijken te geven van onze belangstelling, ieder aan het onder wijs deelnemend kind, van welke sekse ook, tusschen den ouderdom van zes tot twaalf jaren zouden willen verstrekken per dag: ons rijst en een half ration zout, en per jaar: de jongens twee inlandsche baadjes, twee pantalons en twee hoofddoeken; de meisjes twee sarongs en twee kabaaien, en tevens aan ieder hunner eene haarkam. Dat overigens het onderwijs der militaire kinderen in den boezem van het leger goede vruchten kan dragenzagen wij tijdens wij als kanonnier en korporaal in Nederland dienden bij het le regiment artillerie. Daar was de regimentsschool, waarvan wij hiervoren melding maakten, niet alleen bestemd tot het vormen van onder officieren en korporaals, maar ook tot het geven van lager onder wijs aan de zonen van mindere militairen, ja zelfs van officieren. En dat onderwijs bleef niet zonder vruchten, steeds beschouwden wij het als degelijker dan dat op de gewone lagere scholen. En zulks niet zonder recht. Velen toch van hen, die in hunne jeugd geen ander onderwijs genoten dan hetgeen op die scholen werd ge geven zagen wij later opklimmen tot zeer bruikbare officiereu van het nederlandsche en indische leger. Trouwens waren ook de uit komsten die wij tijdens ons verblijf als militair kommandant te Wonosobo verkregen met het doen geven van onderwijs aan de kin deren der zich daar bevindende inlandsche militairen, in aanmerking nemende de weinige hulpmiddelen waarover koude worden beschikt» niet onbevredigend. Onderscheidene malen kregen wij daar zelfs

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

Militair Tijdschrift | 1871 | | pagina 403