397
aanzoek van vaders uit de gewone bevolking, om ook hunne kinderen
aan dat onderwijs te mogen doen deelnemen.
Even als wij zulks zagen gebeuren op de regimentsscholen der
artillerie in Nederland, zouden wij dus eene afdeeling der opterichten
kaderscholen willen bestemd zien tot het geven van lager onderwijs
aan de kinderen van mindere militairen, terwijl wij in die garnizoe
nen, waar zich die scholen niet bevonden, dat onderwijs zouden
willen doen geven op de herhalingsscholen waarvan wij vroeger ge
waagden en zulks ook op de laatsten dagelijks, niet in de avonduren»
bestemd voor de oudere militairen, en met vrijstelling der onderwij
zers van andere diensten.
't Ligt overigens in den aard der zaak, dat, vooral met het oog op
de financiëele gevolgen, de oprichting der door ons bedoelde kader
en herhalingsscholen niet onmiddellijk zou kunnen plaats hebben.
Tot zoolang zouden wij, gelijk wij reeds vroeger aangaven, tot
het onderwijs der militaire kinderen wenschen gebruik te maken
van de thans bestaande korpsscholen.
In plaats van driemalen per week zouden die scholen daartoe
dagelijks moeten geopend zijn. Dat daardoor zou noodig worden
eene stipte toepassing der bepaling van het militair administratie
reglement, dat de onderwijzers op de garnizoensscholen van andere
diensten zijn vrijgesteldis duidelijk.
Wij resumeeren. Tnstructiekorpsen tot verstandelijke, zedelijke
en militaire ontwikkeling van den soldaatspeciale scholen tot op
leiding van onderofficieren en korporaals; herhalingsscholen tot het
in de gelegenheid stellen der mindere militairen om het vroeger
geleerde te onderhouden en te vermeerderen; het dienstbaar maken
der beide laatste inrichtingen tot het geven van onderwijs aan de
kinderen van militairen beneden den rang van officier, en eindelijk
het openstellen der militaire school voor zoodanige inlanders, 'als
daartoe later zullen blijken in aanmerking te kunnen komen. Zie
daar, wat wij noodig achten, zal het onderwijs der mindere militai
ren bij het wapen der infanterie iets meer beteekenen dan schijn,
alleen geschikt om indruk te maken op den oppervlakkigen beoor-
deelaar. Dat tot een en ander geldveel geld zelfsmisschien wel
een twee-honderdste der militaire begrooting zal blijken noodig te
zijn, valt niet te ontkennen.
Die sommen, die elders stellig zouden kunnen worden uitgewon
nen zullen echter niet verloren gaan. Zonder twijfel zullen zij
door de te verkrijgen resultaten met woekerwinst vergoed worden.